God: verschil tussen versies

30.135 bytes toegevoegd ,  3 maanden geleden
k
geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
 
(44 tussenliggende versies door dezelfde gebruiker niet weergegeven)
Regel 1:
'''God''' is het Opperwezen dat hemel en aarde, engelen, dieren en mensen gemaakt heeft en Zichzelf geopenbaard heeft in de natuur, in de geschiedenis, in Zijn geschreven Woord (de [[Bijbel]]), op het hoogst in Zijn Zoon [[Jezus Christus]] en in diens leerlingen, die 'kinderen van God' worden genoemd. Door het geloof in Zijn Zoon wordt God onze hemelse ''Vader''.
Over Gods ''bestaan'', zie artikel [[Bestaan van God]].
 
Over Gods ''bestaan''(af)goden, zie artikel  [[Bestaan van GodGoden]].
__TOC__
 
God is volgens het woordenboek van Van Dale (1964), naar de eerste betekenis van het woord, een 'bovenmenselijk, machtig en aanbiddelijk wezen'. In 2010 zegt het woordenboek: 'het Opperwezen, de Schepper, de Geest waardoor en waarin alles is'.
 
'''Persoon.''' Wij kennen aan God ''persoonlijkheid'' of ''persoonzijn'' toe, omdat wij ons Hem voorstellen als een levend, zelfbewust wezen.
 
'''Geest.''' God is een oneindige, volmaakte Geest. De Heer Jezus zei dat God geest is, Joh. 4 : 24. Als geestelijk Wezen is Hij onzichtbaar, onstoffelijk en oneindig.
 
'''Drievuldigheid.''' Hij is één Wezen, één Zijnde, nochtans onderscheidt Gods Woord drie Personen: de Vader, de Zoon en de Heilige Geest.
Zie [[Drie-eenheid]] voor het hoofdartikel.
 
'''Namen.''' In het verleden heeft God zich bekend gemaakt onder verschillende benamingen om daardoor uitdrukking te geven aan Zijn wezen.
 
'''Persoon.''' Wij kennen aan God ''persoonlijkheid'' of ''persoonzijn'' toe, omdat wij ons Hem voorstellen als een levend, zelfbewust wezen.
 
== Eigenschappen van God ==
Regel 54 ⟶ 55:
* Jahweh-Rapha (Nophi) = Jahweh uw Heelmeester (Ex. 15 : 26)
* Jahweh-Nissi = Jahweh mijn Banier (Ex. 17 : 15)
*Naijverige (Ex. 34:14; Statenvertaling: ' IJveraar')
* Jahweh-Shalom = Jahweh is vrede (Richt. 6 : 24)
* Jahweh-Zebaoth = Jahweh der heerscharen (1 Sam. 1 : 3)
Regel 103 ⟶ 105:
Wij noemen God eeuwig, omdat wij geloven, dat Hij nooit een begin gehad heeft of een einde zal nemen. Hij staat boven de tijd.
 
[[Atheïsme|Atheisten]] stellen aan Godgelovigen graag de vraag: Waar kwam God vandaan? Uit het woord van God, de Bijbel, weten we dat God zonder begin en zonder einde is, Hij is eeuwig.<blockquote>''Ps 90:2 Eer de bergen geboren waren, en Gij de aarde en de wereld voortgebracht hadt, ja, van eeuwigheid tot eeuwigheid zijt Gij God.''</blockquote><blockquote>''Opb 1:8 Ik ben de alfa en de omega, zegt de Heer, God, Hij die is en die was en die komt, de Almachtige.''</blockquote><blockquote>''Opb 21:6 En Hij zei tot mij: Zij zijn gebeurd! Ik ben de alfa en de omega, het begin en het einde. Ik zal hem die dorst heeft, geven uit de bron van het water van het leven om niet.''</blockquote><blockquote>''Opb 22:13 Ik ben de alfa en de omega, de eerste en de laatste, het begin en het einde.''</blockquote>God is niet begonnen te bestaan, Hij is niet voortgebracht, Zijn bestaan is niet veroorzaakt. Hij bestaat noodzakelijk, kan niet anders dan bestaan, en wel op grond van Zijn eigen Wezen, Zijn eigen natuur. God heeft Zelf geen andere maker of schepper nodig gehad voor Zijn bestaan.
 
De eeuwigheid van God, die zonder begin of einde in de tijd is, kan ook worden ''beredeneerd''. De tijd is - volgens wetenschappelijk inzicht - met het heelal ontstaan. De oorzaak van het heelal en daarmee van de tijd, kan niet iets zijn dat in de tijd is, het moeten een buitentijdelijke oorzaak zijn. Deze buitentijdelijke oorzaak noemen wij God. God is dus a-temporeel: niet-tijdelijk, niet aan de tijd gebonden. Hij staat buiten de tijd, hij is 'beginloos'.
== Drie in Een (drie-eenheid) ==
God de Vader, de Zoon en de Heilige Geest zijn drie Personen. We moeten ze van elkaar onderscheiden. Toch vormen zij een éénheid. God is één.<blockquote>''De 6:4 Hoor, Israel: de HERE is onze God; de HERE is één!'' (NBG51)</blockquote><blockquote>''Mr 12:29 Jezus antwoordde: Mr 12:30 Het eerste is: ‘Hoor, Israel, de Heer, onze God, de Heer is één; en u zult de Heer, uw God, liefhebben met heel uw hart en met heel uw ziel en met heel uw verstand en met heel uw kracht’. Mr 12:31 Het tweede is dit: ‘U zult uw naaste liefhebben als uzelf’. Er is geen ander gebod groter dan deze twee. Mr 12:32 En de schriftgeleerde zei tot Hem: Juist, Meester, U hebt naar waarheid gezegd dat Hij één is en er geen ander is buiten Hem;'' (TELOS)</blockquote>De Schriftgegevens leiden tot de conclusie dat ook de Zoon, door de Vader gezonden, en de Heilige Geest individuele goddelijke Personen zijn. Over de Godheid van Jezus Christus, zie art. [[Godheid van Jezus Christus.]]
 
== Enigheid van God ==
Zij zijn drie en niettemin één. Vandaar de theologische termen "Drieëenheid", "Drievuldigheid", "Triniteit" (van Lat. ''trinitas''). Deze woorden komen niet in de Bijbel voor, maar ze duiden wel juist de openbaring van de drie-enige God aan.
God is uniek, Hij is de enige God.<blockquote>''De 4:35  U is het getoond, opdat gij wetet, dat de HEERE die God is; <u>er is niemand meer dan Hij alleen</u>! (...) De 4:39  Zo zult gij heden weten, en in uw hart hervatten, dat de HEERE die God is, boven in den hemel, en onder op de aarde, <u>niemand meer</u>! (SV)''</blockquote><blockquote>''De 32:39  Ziet nu, dat Ik, Ik DIE ben, en <u>geen God met Mij</u>, Ik dood en maak levend; Ik versla en Ik heel; en er is niemand, die uit Mijn hand redt! (SV)''</blockquote><blockquote>''1Sa 2:2  Er is niemand heilig, gelijk de HEERE; want <u>er is niemand dan Gij</u>, en er is geen rotssteen, gelijk onze God! (SV)''</blockquote><blockquote>''2Sa 22:32  Want <u>wie is God, behalve de HEERE</u>, en wie is een rotssteen, behalve onze God? (SV)''</blockquote><blockquote>''Jes 37:16  O HEERE der heirscharen, Gij, God van Israël, Die tussen de cherubim woont! Gij Zelf, <u>Gij alleen zijt de God van</u> alle koninkrijken der aarde; Gij hebt den hemel en de aarde gemaakt!'' (SV)</blockquote><blockquote>''Jes 43:10  Gijlieden zijt Mijn getuigen, spreekt de HEERE, en Mijn knecht, dien Ik uitverkoren heb; opdat gij het weet, en Mij gelooft, en verstaat, dat Ik Dezelve ben, dat <u>voor Mij geen God geformeerd is, en na Mij geen zijn zal</u>. (SV)''</blockquote><blockquote>''Jes 44:6  Zo zegt de HEERE, de Koning van Israël, en zijn Verlosser, de HEERE der heirscharen: Ik ben de Eerste, en Ik ben de Laatste, en <u>behalve Mij is er geen God</u>. (...) Jes 44:8  Verschrikt niet, en vreest niet; heb Ik het u van toen af niet doen horen en verkondigd? Want gijlieden zijt Mijn getuigen: <u>is er ook een God behalve Mij</u>? Immers, is er geen andere rotssteen: Ik ken er geen? (SV)''</blockquote><blockquote>''Jes 45:5 Ik ben de HEERE, en niemand meer, <u>buiten Mij is er geen God</u>; Ik zal u gorden, hoewel gij Mij niet kent. Jes 45:6  Opdat men wete, van den opgang der zon en van den ondergang, dat er buiten Mij niets is, Ik ben de HEERE, en niemand meer. (SV)''</blockquote><blockquote>''Jes 45:21  Verkondigt en treedt hier toe, ja, beraadslaagt samen: wie heeft dat laten horen van ouds her? Wie heeft dat van toen af verkondigd? Ben Ik het niet, de HEERE? en <u>er is geen God meer behalve Mij</u>, een rechtvaardig God, en een Heiland, niemand is er dan Ik. Jes 45:22  Wendt U naar Mij toe, wordt behouden, alle gij einden der aarde! want Ik ben God, en niemand meer. (SV)''</blockquote><blockquote>''1Ti 1:17  De Koning der eeuwen nu, de onvergankelijke, onzichtbare, <u>enige God</u>, zij eer en heerlijkheid tot in alle eeuwigheid! Amen.'' (Telos)</blockquote>
 
== Eenheid van God ==
In het begin sprak God:<blockquote>''Ge 1:26  En God zei: Laten Wij mensen maken naar Ons beeld, naar Onze gelijkenis; en laten zij heersen over de vissen van de zee, over de vogels in de lucht, over het vee, over heel de aarde en over al de kruipende dieren die over de aarde kruipen!'' (HSV)</blockquote>De Drie-eenheid wordt in het Oude Testament onder meer aangeduid door de Hebreeuwse Godsnaam [[Elohim]], een meervoudsvorm, die in onze Bijbels door het enkelvoudige 'God' wordt vertaald.
God is één.<blockquote>''De 6:4 Hoor, Israel: de HERE is onze God; de HERE is één!'' (NBG51)</blockquote><blockquote>''Mr 12:29 Jezus antwoordde: Mr 12:30 Het eerste is: ‘Hoor, Israel, de Heer, onze God, de Heer is één; en u zult de Heer, uw God, liefhebben met heel uw hart en met heel uw ziel en met heel uw verstand en met heel uw kracht’. Mr 12:31 Het tweede is dit: ‘U zult uw naaste liefhebben als uzelf’. Er is geen ander gebod groter dan deze twee. Mr 12:32 En de schriftgeleerde zei tot Hem: Juist, Meester, U hebt naar waarheid gezegd dat Hij één is en er geen ander is buiten Hem;'' (TELOS)</blockquote>Jahweh is één (Deut. 6:4). In plaats van 'één' kan men ook vertalen ‘één en dezelfde, óf ‘de enige'<ref name=":0">Dr. ir. J. de Graaf e.a. (red.), ''Tekst voor Tekst; de Heilige Schrift kort verklaard en toegelicht'' (Boekencentrum, 1987), commentaar bij Deut. 6:4. </ref>. Hij is de enige God, er is geen andere god buiten Hem (vgl. Mr. 12:32). <blockquote>''De 4:35  U is het getoond, opdat gij wetet, dat de HEERE die God is; er is niemand meer dan Hij alleen! (SV)''</blockquote>Andere goden mogen we daarom geen plaats geven.<blockquote>''De 5:7  Gij zult geen andere goden voor Mijn aangezicht hebben. (SV)''</blockquote>De heidenen hebben vaak verschillende goden voor verschillende levensgebieden en omstandigheden. En soms wordt dezelfde god op de ene plaats zus en op een andere plaats weer anders voorgesteld en vereerd.<ref name=":0" />
 
God de Vader en de Zoon zijn één. Zij zijn niet identiek, maar wel een eenheid. Deze eenheid bestaat hierin dat de vader in de Zoon is en de Zoon in de Vader (Joh. 10:37; 17:31)). De eenheid komt hierin tot uiting dat de Zoon de werken van de Vader doet (Joh. 10:37). <blockquote>''Joh 10:30  <u>Ik en de Vader zijn een</u>. Joh 10:31  De Joden namen opnieuw stenen op om Hem te stenigen. Joh 10:32  Jezus antwoordde hun: Vele goede werken heb Ik u getoond van mijn Vader; om welk van die werken stenigt u Mij? Joh 10:33  De Joden antwoordden Hem: Niet om een goed werk stenigen wij u, maar om lastering en omdat U die een mens bent, <u>Uzelf God maakt</u>. Joh 10:34  Jezus antwoordde hun: Staat er niet geschreven in uw wet: ‘Ik heb gezegd: U bent goden’? Joh 10:35  Als Hij hen goden noemt tot wie het woord van God kwam (en de Schrift kan niet verbroken worden), Joh 10:36  zegt u van Hem die de Vader heeft geheiligd en in de wereld gezonden: U lastert, omdat Ik gezegd heb: Ik ben Gods Zoon? Joh 10:37  Als Ik niet de werken van mijn Vader doe, gelooft Mij niet; Joh 10:38  maar als Ik ze doe en u Mij niet gelooft, gelooft dan de werken, opdat u erkent en weet dat <u>de Vader in Mij is en Ik in de Vader</u>.  Joh 10:39  Zij trachtten dan opnieuw Hem te grijpen, en Hij ontkwam uit hun hand. (Telos)''</blockquote><blockquote>''Joh 17:20  En Ik vraag niet alleen voor dezen, maar ook voor hen die door hun woord in Mij geloven,  Joh 17:21  opdat zij allen <u>een zijn, zoals U, Vader, in Mij en Ik in U</u>, opdat ook zij in Ons een zijn, opdat de wereld gelooft dat U Mij hebt gezonden.  Joh 17:22  En de heerlijkheid die U Mij hebt gegeven, heb Ik hun gegeven, opdat zij een zijn zoals Wij een zijn: Joh 17:23  Ik in hen en U in Mij; opdat zij volmaakt zijn tot een, opdat de wereld erkent dat U Mij hebt gezonden en hen hebt liefgehad zoals U Mij hebt liefgehad. (Telos)''</blockquote><blockquote>''Joh 14:9  Jezus zei tot hem: Ben Ik zo lange tijd bij u en heb je Mij niet gekend, Filippus? <u>Wie Mij heeft gezien, heeft de Vader gezien</u>; hoe zeg je dan: Toon ons de Vader?'' (Telos)</blockquote><blockquote>''Joh 15:24  Als Ik niet de werken onder hen had gedaan die niemand anders heeft gedaan, hadden zij geen zonde; maar <u>nu hebben zij zowel gezien als gehaat zowel Mij als mijn Vader</u>.'' (Telos)</blockquote>
Na de zondeval sprak God:<blockquote>''Ge 3:22  Toen zei de HEERE God: Zie, de mens is geworden als één van Ons, omdat hij goed en kwaad kent. Nu dan, laat hij zijn hand niet uitsteken en ook van de boom des levens nemen en eten, zodat hij eeuwig zou leven!'' (HSV)</blockquote>God spreekt ook in Gen. 11:7, in de geschiedenis van de spraakverwarring, in de wij-vorm.<blockquote>''Ge 11:5 Toen daalde de HEERE neer om de stad en de toren te zien die de mensenkinderen aan het bouwen waren, Ge 11:6 en de HEERE zei: Zie, zij vormen één volk en hebben allen één taal. Dit is het begin van wat zij gaan doen, en nu zal niets van wat zij zich voornemen te doen, voor hen onmogelijk zijn. Ge 11:7 Kom, laten Wij neerdalen en laten Wij hun taal daar verwarren, zodat zij geen van allen elkaars taal zullen begrijpen. Ge 11:8 Zo verspreidde de HEERE hen vandaar over heel de aarde, en zij hielden op met het bouwen van de stad. (HSV)''</blockquote>Meer informatie:
 
== Drie in Een (drie-eenheid) ==
God de Vader, de Zoon en de Heilige Geest zijn drie Personen. We moeten ze van elkaar onderscheiden. Toch vormen zij een éénheid. De Schriftgegevens leiden tot de conclusie dat ook de Zoon, door de Vader gezonden, en de Heilige Geest individuele goddelijke Personen zijn. Over de Godheid van Jezus Christus, zie art. [[Godheid van Jezus Christus|Godheid van Jezus Christus.]]
 
Zij zijn drie en niettemin één. Vandaar de theologische termen "Drieëenheid", "Drieënigheid", "Drievuldigheid", "Triniteit" (van Lat. ''trinitas''). Deze woorden komen niet in de Bijbel voor, maar ze duiden wel juist de openbaring van de drie-enige God aan.
 
In het begin sprak God:<blockquote>''Ge 1:26  En God zei: Laten Wij mensen maken naar Ons beeld, naar Onze gelijkenis; en laten zij heersen over de vissen van de zee, over de vogels in de lucht, over het vee, over heel de aarde en over al de kruipende dieren die over de aarde kruipen!'' (HSV)</blockquote>De Drie-eenheid wordt in het Oude Testament onder meer aangeduid door de Hebreeuwse Godsnaam [[Elohim]], een meervoudsvorm, die in onze Bijbels door het enkelvoudige 'God' wordt vertaald. Na de zondeval sprak God:<blockquote>''Ge 3:22  Toen zei de HEERE God: Zie, de mens is geworden als één van Ons, omdat hij goed en kwaad kent. Nu dan, laat hij zijn hand niet uitsteken en ook van de boom des levens nemen en eten, zodat hij eeuwig zou leven!'' (HSV)</blockquote>God spreekt ook in Gen. 11:7, in de geschiedenis van de spraakverwarring, in de wij-vorm.<blockquote>''Ge 11:5 Toen daalde de HEERE neer om de stad en de toren te zien die de mensenkinderen aan het bouwen waren, Ge 11:6 en de HEERE zei: Zie, zij vormen één volk en hebben allen één taal. Dit is het begin van wat zij gaan doen, en nu zal niets van wat zij zich voornemen te doen, voor hen onmogelijk zijn. Ge 11:7 Kom, laten Wij neerdalen en laten Wij hun taal daar verwarren, zodat zij geen van allen elkaars taal zullen begrijpen. Ge 11:8 Zo verspreidde de HEERE hen vandaar over heel de aarde, en zij hielden op met het bouwen van de stad. (HSV)''</blockquote>Meer informatie:
 
- Engels artikel http://www.biblestudyproject.org/God-the-Trinity-messianic.htm
Regel 125 ⟶ 135:
"de Here Here" is mijn sterkte en psalm. Dit zal plaats vinden als Israël, verlost van de vijanden, in vrede zal leven.<blockquote>''Jes 12:1 Op die dag zult u zeggen: Ik dank U, HEERE, dat U toornig op mij geweest bent, [maar] Uw toorn is afgekeerd en U troost mij. Jes 12:2 Zie, God is mijn heil, ik zal vertrouwen en geen angst hebben, want mijn kracht en psalm is de HEERE HEERE (Jahweh Jah), en Hij is mij tot heil geworden.  Jes 12:3 U zult met vreugde water scheppen uit de bronnen van het heil.'' (HSV)</blockquote>
 
== Grootheid ==
God groot, onvergelijkbaar groot. Hij is groter dan de (af)goden. Groot is Zijn heerlijkheid, kracht, werk, woord, goedertierenheid, barmhartigheid, weldadigheid en trouw. Zijn naam worde groot gemaakt! <blockquote>
''Ps 34:3  (34-4) [Gimel]. <u>Maakt den HEERE met mij groot</u>, en laat ons Zijn Naam samen verhogen.'' (SV) </blockquote>
Zie [[Grootheid van God]] voor het hoofdartikel.
== Alomtegenwoordig ==
Uit de erkenning dat God de Enige en Oneindige is, volgt dat Hij ook alomtegenwoordig is. God is overal aanwezig, Hij is alom tegenwoordig.<blockquote>''Ps 139:5 Gij omgeeft mij van achteren en van voren en Gij legt uw hand op mij. Ps 139:6 Het begrijpen is mij te wonderbaar, te verheven, ik kan er niet bij. Ps 139:7 Waarheen zou ik gaan voor uw Geest, waarheen vlieden voor uw aangezicht? Ps 139:8 Steeg ik ten hemel; Gij zijt daar. Of maakte ik het dodenrijk tot mijn sponde; Gij zijt er; {} Ps 139:9 nam ik vleugelen van de dageraad, ging ik wonen aan het uiterste der zee, Ps 139:10 ook daar zou uw hand mij geleiden, uw rechterhand mij vastgrijpen.'' (NBG51)</blockquote>God is tegelijkertijd op zijn troon in de hemel en in zijn huis op aarde.<blockquote>''Mt 23:21 En wie zweert bij het tempelhuis, zweert daarbij en bij Hem die daarin woont. Mt 23:22 En wie zweert bij de hemel, zweert bij de troon van God en bij Hem die daarop zit.'' (TELOS)</blockquote>Toen de Heer Jezus op aarde rondwandelde, woonde God in de tempel te Jeruzalem. Thans woont Hij in de gemeente van Christus, „een woonplaats van God in de Geest" (Ef. 2:22).
 
== Alziend ==
<blockquote>''Job 28:24  Want Hij schouwt tot aan de einden der aarde, Hij ziet onder al de hemelen. (SV)''</blockquote><blockquote>''Spr 15:3  De ogen des HEREN zijn aan alle plaatsen, opmerkzaam acht gevend op kwaden en goeden. (SV)''</blockquote><blockquote>''2Kr 16:9  Want des HEREN ogen gaan over de gehele aarde, om krachtig bij te staan hen wier hart volkomen naar Hem uitgaat. ...'' (NBG51)</blockquote><blockquote>''Zac 4:10 ... Deze zeven zijn de ogen des HEREN, die de ganse aarde doorlopen.'' (SV)</blockquote>
 
== Almachtig ==
God is almachtig. Door de almacht van God verstaan wij dat alles van Hem afhangt en dat Hij alles doet wat Hem behaagt. Hij is de onbeperkte Gebieder over natuur en geschiedenis. Hij kan alles wat Hij wil, maar Hij wil niet alles wat Hij kan. Met Zijn almacht staat Hij iedere gelovige terzijde. Hijzelf heeft gezegd, tot Abraham: "''Zou er iets voor de HEERE te wonderlijk zijn?"'' (Gen. 18:14). Aan Abram verscheen God als ''de Almachtige'' (Gen. 17:1).
 
''Zie [[Almacht van God]] voor het hoofdartikel over dit onderwerp''
 
== Kracht ==
God wordt 'de kracht' genoemd door de Heer Jezus:<blockquote>''Mr 14:61  Hij echter zweeg en antwoordde niets. Opnieuw ondervroeg de hogepriester Hem en zei tot Hem: Bent U de Christus, de Zoon van de Gezegende?  Mr 14:62  Jezus nu zei: Ik ben het. En u zult de Zoon des mensen zien zitten aan de rechterhand van <u>de kracht</u> en zien komen met de wolken van de hemel. (Telos)''</blockquote>
 
== Heilig ==
Wij noemen God heilig, omdat Hij volmaakt goed is, zuiver, afgezonderd van alles wat kwaad, onrein, verkeerd is. De [[Seraf|serafs]] die Jesaja boven de troon van God zag, riepen elkaar toe dat [[Jahweh]] der heerscharen heilig is:<blockquote>''Jes 6:3  En de een riep tot den ander, en zeide: Heilig, heilig, heilig is de HEERE der heirscharen! De ganse aarde is van Zijn heerlijkheid vol! (SV)'' </blockquote>God, die heilig, onberispelijk en onstraffelijk is, wenst ons mensen ''zodanig'' te maken, in overeenstemming met Zichzelf. <blockquote>''Col 1:21  En u, die er vroeger vreemd aan was en vijandig gezind was door uw boze werken, heeft Hij echter nu verzoend  Col 1:22  in het lichaam van zijn vlees door de dood, om u heilig, onberispelijk en onstraffelijk voor Zich te stellen; (Telos)''</blockquote>
Wij noemen God heilig, omdat Hij volmaakt goed is, afgezonderd van alles wat kwaad, onrein, verkeerd is.
 
{| class="wikitable" style="border:1;"
| style="width:50%; padding: 15px;"|'''Only a holy God'''<ref>Nederlandse vertaling door Christipedia</ref>
<poem>
Who else commands all the hosts of heaven
''Wie anders gebiedt al de legerscharen van de hemel
Who else could make every king bow down
''Wie anders kan elke koning doen neerbuigen
Who else can whisper and darkness trembles
''Wie anders kan fluisteren en de duisternis siddert
Only a Holy God
''Alleen een Heilig God
What other beauty demands such praises
''Welke andere schoonheid eist zulke lofprijzingen
What other splendor outshines the sun
''Welke andere pracht schijnt sterker dan de zon
What other majesty rules with justice
''Welke andere majesteit regeert met recht
Only a Holy God
''Alleen een Heilig God
What other glory consumes like fire
''Welke andere heerlijkheid verteert als vuur
What other power can raise the dead
''Welke andere macht kan de doden opwekken
What other name remains undefeated
''Welke andere naam blijft onverslagen
Only a Holy God
''Alleen een Heilig God</poem>
| style="width:50%; padding: 15px;" | <poem>
Who else could rescue me from my failing
''Wie anders kan mij redden van mijn falen
Who else would offer His only Son
''Wie ander zou Zijn enige Zoon offeren
Who else invites me to call Him Father
''Wie anders nodigt mij, Hem vader te noemen
Only a Holy God
''Alleen een Heilig God
 
Come and behold Him
''Kom en aanschouw Hem
The One and the Only
''De Ene en de Enige
Cry out, sing holy
''Roep het uit, zing heilig
Forever a Holy God
''Voor altijd een Heilig God
Come and worship the Holy God
''Kom en aanbid de Heilige God</poem>
 
<Youtube>uORftJ2jDnI</youtube><BR>''"Only A Holy God" Praise And Harmony from Resurrecting God.'' Youtube.com: The Acappella Company, 31 mei 2019. Duur: 4 min 37 sec.
|}
 
== Liefde ==
Regel 140 ⟶ 214:
 
== Vader ==
De Heer Jezus leert zijn leerlingen te bidden tot 'onze Vader in de hemelen'. Door het geloof in de Heer Jezus, de geestelijke geboorte uit God en door de Heilige Geest kennen wij God als Vader. Zie [[God de Vader]] voor het hoofdartikel.
 
Al Gods namen, die Zijn grootheid en heerlijkheid weergeven, zijn ook belangrijk en waardevol voor onze tijd; immers zoals God in het verleden was zo is Hij nog. Toch is er één Naam, die ons nog dierbaarder is. Een naam ons in het nieuwe testament onthuld. Het is de ''Vader''naam.
 
Wel wordt voor Hem de naam Vader gebruikt in het oude testament, maar dan altijd in de zin van Oorsprong of Verwekker van het volk Israël (Jes. 63:16; 64:8).<blockquote>''Jes 63:15  Kijk [neer] uit de hemel en zie uit Uw heilige en luisterrijke woning. Waar zijn Uw na-ijver en Uw machtige daden, Uw innerlijke bewogenheid en Uw barmhartigheid? Ze houden zich jegens mij in. Jes 63:16 Toch bent U onze Vader, want Abraham weet van ons niet en Israël kent ons niet. U, HEERE, bent onze Vader; onze Verlosser van oude tijden af is Uw Naam. Jes 63:17 HEERE, waarom doet U ons afdwalen van Uw wegen? [Waarom] verhardt U ons hart, zodat wij U niet vrezen? Keer terug omwille van Uw dienaren, de stammen van Uw eigendom. (HSV)''</blockquote><blockquote>''Jes 64:7 Er is niemand die Uw Naam aanroept, die zich beijvert om U vast te grijpen, want U verbergt Uw aangezicht voor ons en U doet ons wegkwijnen in de greep van onze ongerechtigheden. Jes 64:8 Maar nu, HEERE, U bent onze Vader! Wij zijn het leem en U bent onze Pottenbakker: wij zijn allen het werk van Uw handen. Jes 64:9 HEERE, wees niet al te vertoornd en denk niet voor eeuwig aan de ongerechtigheid. Zie, aanschouw toch, wij allen zijn Uw volk.'' (HSV)</blockquote>De Here Jezus heeft echter de ''Vader'' verklaard (Joh. 1:18) en na Zijn opstanding zei Hij: Ik vaar op tot ''mijn Vader'' en ''uw Vader'', tot mijn God en uw God (Joh. 20:17). In de brieven van het nieuwe testament wordt telkens de Vadernaam gebruikt. Dit sluit in, dat de gelovigen kinderen van God en bijzondere voorwerpen van Zijn liefde zijn (2 Cor. 6:18; Joh. 16:27).<blockquote>''Joh 16:27  want de Vader Zelf heeft u lief, omdat u Mij hebt liefgehad en geloofd hebt dat Ik van God ben uitgegaan. Joh 16:28  Ik ben van de Vader uitgegaan en ben in de wereld gekomen; Ik verlaat de wereld weer en ga heen naar de Vader.'' (TELOS)</blockquote>
 
=== Zijn Hart en Welbehagen ===
Het hart van de Vader houdt Zich bezig met al de heerlijkheid van de persoon en het werk van de Zoon. Toen de Zoon als mens op aarde was, behaagde het de hele Volheid van de Godheid in hem te wonen.<blockquote>''Col 1:19 Want het behaagde de hele Volheid in Hem te wonen Col 1:20 en door Hem alle dingen tot Zichzelf te verzoenen, na vrede gemaakt te hebben door het bloed van zijn kruis, door Hem, hetzij de dingen op de aarde, hetzij de dingen in de hemelen. (TELOS)''</blockquote>Bij het begin van de openbare dienst van de Zoon op aarde sprak de Vader:<blockquote>''Lu 3:21 Het gebeurde nu, toen al het volk werd gedoopt en ook Jezus was gedoopt en bad, dat de hemel werd geopend Lu 3:22 en de Heilige Geest in lichamelijke gedaante als een duif op Hem neerdaalde, en er kwam een stem uit de hemel: U bent mijn geliefde Zoon, in U heb Ik welbehagen gevonden. (TELOS)''</blockquote>Ongeveer tegen het einde van het dienstwerk van de Zoon op aarde sprak de Vader:<blockquote>''Mt 17:5 Terwijl hij nog sprak, zie, een lichtende wolk overschaduwde hen; en zie, een stem uit de wolk, die zei: Deze is mijn geliefde Zoon, in Wie Ik welbehagen gevonden heb, hoort Hem. (TELOS)''</blockquote>De Vader schat de Zelfopoffering van de Heer Jezus zeer hoog. De Heer Jezus ging vrijwillig naar het kruis. Hij stierf om Gods Naam te verheerlijken en Zijn wil te volbrengen.<blockquote>''Joh 10:17 Daarom heeft de Vader Mij lief, omdat Ik mijn leven afleg, opdat Ik het weer neem. Joh 10:18 Niemand neemt het van Mij, maar Ik leg het uit Mijzelf af; Ik heb macht het af te leggen en heb macht het weer te nemen. Dit gebod heb Ik van mijn Vader ontvangen. (TELOS)''</blockquote>Het was Gods wil dat zondaars behouden werden. Daarom droeg de Heer Jezus onze zonden in Zijn lichaam (1 Pe 2:24), liet hij zich tot zonde maken (2 Cor 5:21), droeg hij in onze plaats het oordeel van God en werd hij van God verlaten. En dit alles deed de Heer Jezus op een ''volmaakte'' wijze, welke  God behaagde.<blockquote>''Heb 9:13 Want als het bloed van bokken en stieren en de as van een jonge koe, gesprenkeld op de onheiligen, heiligt tot de reinheid van het vlees, Heb 9:14 hoeveel te meer zal het bloed van Christus, die door de eeuwige Geest Zichzelf vlekkeloos aan God heeft geofferd, ons geweten reinigen van dode werken, om de levende God te dienen. (TELOS)''</blockquote>De verlosten zijn overgebracht in het koninkrijk van de Zoon van Zijn Liefde.<blockquote>''Col 1:13 die ons gered heeft uit de macht van de duisternis en overgebracht in het koninkrijk van de Zoon van zijn liefde, (TELOS)''</blockquote>
 
== Schepper ==
Regel 153 ⟶ 220:
 
Voor een powerpointpresentatie over God als Schepper, zie [http://www.wereldorientatie.net/PPP/Nieuw3/De%20Schepper%20God.ppt#1 presentatie] (22 sheets, gemaakt in 2004)
 
== Verborgenheid ==
God houdt zich verborgen, Hij is in het verborgen,<blockquote>
''Mt 6:6  Maar u, wanneer u bidt, ga in uw binnenkamer, sluit uw deur en bid tot uw Vader die in het verborgen is; en uw Vader die in het verborgen kijkt, zal het u vergelden.'' (Telos)</blockquote>
Hoewel Hij verborgen is, openbaar Hij openbaart zich ook en laat zich niet onbetuigd. Job verwees naar Gods verborgenheid toen hij sprak:<blockquote>''Job 23:8  Zie, ga ik voorwaarts, zo is Hij er niet, of achterwaarts, zo verneem ik Hem niet. Job 23:9  Als Hij ter linkerhand werkt, zo aanschouw ik Hem niet; bedekt Hij Zich ter rechterhand, zo zie ik Hem niet. Job 23:10  Doch Hij kent den weg, die bij mij is; ...'' (SV)</blockquote><blockquote>''1Ti 1:17  De Koning der eeuwen nu, de onvergankelijke, <u>onzichtbare</u>, enige God, zij eer en heerlijkheid tot in alle eeuwigheid! Amen.'' (Telos)</blockquote>Gods verborgenheid zal echter voleindigd worden: Hij zal tot de mensheid komen en zich openbaren. <blockquote>''Opb 10:7  maar in de dagen van de stem van de zevende engel, wanneer hij zal bazuinen, zal ook de verborgenheid van God voleindigd worden, zoals Hij aan zijn slaven, de profeten, heeft verkondigd.'' (Telos)</blockquote><blockquote>''Opb 1:4  Johannes aan de zeven gemeenten die in Asia zijn: genade zij u en vrede van Hem die is en die was en die komt, en van de zeven Geesten die voor zijn troon zijn, (...)  Opb 1:7  Zie, Hij komt met de wolken, en elk oog zal Hem zien, ook zij die Hem doorstoken hebben; en alle stammen van het land zullen over Hem weeklagen. Ja, Amen. Opb 1:8  Ik ben de alfa en de omega, zegt de Heer, God, Hij die is en die was en die komt, de Almachtige.'' (Telos)</blockquote><blockquote>''Opb 4:8  En de vier levende wezens hadden elk afzonderlijk zes vleugels, rondom en van binnen waren zij vol ogen en zij hebben geen rust, dag en nacht, en zeggen: Heilig, heilig, heilig, Heer, God de Almachtige, die was en die is en die komt.'' (Telos)</blockquote>Wanneer de God van Israël in heerlijkheid gekomen en geopenbaard is, zullen de Israëlieten Hem allen kennen. Er zal geen ongelovige meer zijn. <blockquote>''Jer 31:34  Dan zullen zij niet meer een ieder zijn naaste en een ieder zijn broeder leren: Kent de HERE: want zij allen zullen Mij kennen, van de kleinste tot de grootste onder hen, luidt het woord des HEREN, want Ik zal hun ongerechtigheid vergeven en hun zonde niet meer gedenken.'' (NBG51)</blockquote>
 
== Allerhoogste ==
God wordt vaak de hoge, de verhevene, de hoogste, de allerhoogste genoemd (Hebr. 7: 1; Ps. 99 : 2; 113: 4-6; 138: 6; 148: 13; Job 36: 22; Jes. 2: 11; 12:4). <blockquote>''Jes 57:15 Want zo zegt de Hoge en Verhevene, Die in de eeuwigheid woont en Wiens Naam heilig is: Ik woon in de hoge hemel en in het heilige, en bij de verbrijzelde en nederige van geest, om levend te maken de geest van de nederigen, en om levend te maken het hart van de verbrijzelden. (HSV)''</blockquote>God is de Allerhoogste. "Allerhoogste" is in het Hebreeuws eljon (elyon). El Eljon = God de Allerhoogste. De Naardense vertaling vertaalt door "God-in-den-hoge". De naam Eljon duidt een wezen aan dat al het andere overtreft en waarmee niets te vergelijken is. De eerste maal in de Bijbel wordt God de "Allerhoogste" genoemd in Gen. 14:18. <blockquote>''Ge 14:18 En Melchizedek, de koning van Salem, bracht brood en wijn; hij was een priester van <u>God, de Allerhoogste.</u> Ge 14:19 En hij zegende hem en zei: Gezegend zij Abram door God, de <u>Allerhoogste</u>, Die hemel en aarde bezit! Ge 14:20 En geloofd zij <u>God, de Allerhoogste</u>, Die overgeleverd heeft uw tegenstanders in uw hand! En hij gaf hem van alles een tiende deel. (HSV)''</blockquote>De koning [[Melchizedek]] van Salem heeft God als de Allerhoogste God gekend en Hem als priester gediend (Gen. 14:9). Boven Hem is niets en niemand denkbaar.
De koning Melchizedek van Salem heeft God als de Allerhoogste God gekend en Hem als priester gediend (Gen. 14:9). Boven Hem is niets en niemand denkbaar.
 
De tweede keer, kort na de ontmoeting met Melchizedek, wordt "God de Allerhoogste" gebezigd door Abram:<blockquote>''Ge 14:21 De koning van Sodom zei tegen Abram: Geef mij de mensen, maar houd de bezittingen voor uzelf. Ge 14:22 Maar Abram zei tegen de koning van Sodom: Ik zweer bij de HEERE, <u>God, de Allerhoogste</u>, Die hemel en aarde bezit, Ge 14:23 dat ik niets, van draad tot schoenriem toe, ja, niets van alles wat van u is, zal nemen, zodat u niet kunt zeggen: Ik heb Abram rijk gemaakt. (HSV)''</blockquote>Onze God heeft een hoge (machtige) hand; de kinderen Israëls waren door een hoge hand uitgegaan (Exod. 14: 8). Hij is hoog in zijn kracht (Job 36: 22), Zijn rechterhand is hoog verheven. Hij heeft haar, als een krijgsheld, dreigend omhoog geheven (Ps. 89 : 14). Zij kan spoedig alles veranderen (Ps. 77: 11. Dan. 4: 14; 5: 21).
 
Hij openbaart mede zijn verhevenheid boven de dode afgoden van de heidenen, en boven de hele schepping. Hij is oneindig groot, hetzij men ziet op zijn eigenschappen, hetzij op zijn werken, of op zijn troon in de hemel.
 
De grote koning Nebukadnezar moest erkennen dat God de Allerhoogste heerser is over het het koningschap van de mensen.<blockquote>''Da 4:25 Men zal u namelijk uit de [mensenwereld] verstoten, en u zult uw verblijf hebben bij de dieren van het veld. Men zal u gras te eten geven, zoals [aan] runderen, en u zult bevochtigd worden door de dauw van de hemel. Zeven tijden zullen over u voorbijgaan, totdat u erkent dat de Allerhoogste Heerser is over het koningschap van de mensen en dat geeft aan wie Hij wil.'' (HSV)</blockquote>Volgens sommige uitleggers<ref>Als Ger de Koning. Bijbelstudieconferentie te Helvoirt, 2018. </ref> is "Allerhoogste" een titel van God in het toekomstige vrederijk. <blockquote>''Lu 1:32 Deze zal groot zijn en Zoon <u>van de Allerhoogste worden genoemd</u>, en de Heer, God, zal Hem de troon van zijn vader David geven,'' (TELOS)</blockquote>
 
== Heerser ==
Regel 174 ⟶ 250:
 
De erkenning dat God alles bestuurt sluit de vrijheid en verantwoordelijkheid van de mens niet uit, Hnd. 2. 23, 38.
'''<nowiki/>'Toeval''''
Op een vrijdagavond in Putten zag ik Andrzej, een Poolse jongeman, verward rondlopen; hij vertelde me in gebrekkig Engels dat hij op zoek was naar een vriend, een landgenoot. Ik praatte met hem, gaf hem een folder in zijn taal en sprak met hem over de zoekende liefde van God. Hij was zo verbaasd over de folder in zijn eigen taal dat hij zijn hart begon uit te storten. Hij was zojuist ontslagen en nu zonder werk, zonder huisvesting en zonder geld. Na een tijdje liep hij weg om zijn vriend te gaan zoeken. Even later bedacht ik me dat ik hem wilde helpen door hem wat geld te geven en ik ging naar hem op zoek. Ik zag hem opeens aan de overkant van het plein lopen, waarop ik hem riep. Hij kwam naar me toelopen. Op datzelfde moment hoorden we allebei een heel hard geklop tegen een bovenraam. Toen we omhoog keken, zag Andrzej dat het precies de vriend was die hij zocht. Hij was zo ondersteboven van dit ‘toeval’ dat hij me maar bleef bedanken. En terwijl hij stond te dansen van emotie zei hij: “Bestaat God dan echt?” Ik antwoordde: “Andrzej , God zoekt jouw aandacht door de omstandigheden in je leven. Hij wil dat je Hem toelaat in je leven, zodat Hij je leven totaal kan veranderen.” Hij nam een Pools Nieuw Testament van me aan en terwijl hij me nogmaals bedankte, beloofde hij het te gaan lezen.
(Bron: nieuwsbrief van een Nederlandse straatevangelist, jan. 2017.)
 
== Herder ==
Een van de lieflijkste woorden heeft David genoemd als zijn hart jubelt "Jahweh Roi" d.i. "de HEERE is mijn herder" (Ps. 23:1). Met herderlijke zorg houdt Hij zich bezig met de gelovigen, die Hij Zijn schapen noemt en die Hij eenmaal met elkaar zal verenigen rondom de Heer Jezus, de goede Herder (Exech. 34:23); de Enige.
 
== Heiland ==
God is de Heiland van Israël.<blockquote>''Ps 106:21 Zij vergaten God, <u>hun Heiland</u>, Die grote dingen gedaan had in Egypte;''</blockquote><blockquote>''Jes 43:3 Want Ik ben de HEERE, uw God, de Heilige Israëls, uw Heiland; Ik heb Egypte, Morenland en Seba gegeven [tot] uw losgeld in uw plaats. (SV)''</blockquote><blockquote>''Jes 45:15 Voorwaar, Gij zijt een God, Die Zich verborgen houdt, de God Israëls, de Heiland. (SV)''</blockquote><blockquote>''Jes 45:21 Verkondigt en treedt hier toe, ja, beraadslaagt samen: wie heeft dat laten horen van ouds her? [Wie] heeft dat van toen af verkondigd? Ben Ik het niet, de HEERE? en er is geen God meer behalve Mij, een rechtvaardig God, en een Heiland, niemand is er dan Ik. (SV)''</blockquote><blockquote>''Hos 13:4 Ik ben toch de HEERE, uw God, van Egypteland af; daarom zoudt gij geen God kennen dan Mij alleen, want er is geen Heiland dan Ik. (SV)''</blockquote>God is de Heiland van de gelovigen.<blockquote>''1Ti 1:1 Paulus, apostel van Christus Jezus naar het bevel van God, onze Heiland, en van Christus Jezus, onze hoop, (TELOS)''</blockquote><blockquote>''1Ti 2:3 Dit is goed en aangenaam voor God, onze Heiland, (TELOS)''</blockquote><blockquote>''Tit 1:3 die mij is toevertrouwd naar het bevel van God, onze Heiland; (TELOS'')</blockquote><blockquote>''Tit 2:10 niet te ontvreemden, maar alle goede trouw te bewijzen, opdat zij de leer van God, onze Heiland, in alles versieren. (TELOS)''</blockquote>God is de Heiland van afzonderlijke mensen. Maria, de moeder van Jezus, zei:<blockquote>''Lu 1:47 en mijn geest verheugt zich over God, mijn Heiland, (TELOS)''</blockquote>
 
== Helper ==
God is ons een Helper. Hij is een Helper van de wees.<blockquote>''Ps 10:14 Ú ziet het [wél], want U aanschouwt de moeite en het verdriet, opdat men het in Uw hand geeft; op Ú verlaat de arme zich, U bent geweest een <u>Helper</u> van de wees. (HSV)''</blockquote>[[David]], wetend dat zijn verblijfplaats bekend was gemaakt aan Saul, vertrouwde op God zijn Helper, die hem ondersteunde.<blockquote>''Ps 54:4 Zie, God is mijn <u>Helper</u>, de Heere is onder hen die mijn ziel ondersteunen. (HSV)''</blockquote><blockquote>''Heb 13:6 zodat wij vrijmoedig mogen zeggen: ‘De Heer is mij een <u>helper</u> en ik zal niet vrezen; wat zal een mens mij doen?’ (TELOS)''</blockquote>[[Paulus]] verkreeg hulp van God om aan Jood en heiden het evangelie te verkondigen:<blockquote>''Hnd 26:22 Daar ik nu <u>hulp van God</u> heb verkregen, sta ik tot op deze dag en getuig voor klein en groot, zonder iets te zeggen buiten wat de profeten en Mozes hebben gesproken dat zou gebeuren: (TELOS)''</blockquote>'''Meer over dit onderwerp'''
 
Noor van Haaften, ''God is mijn helper''. Kampen: Voorhoeve, 2015. Pagina's: 96.
Regel 204 ⟶ 288:
== Zijn spreken ==
God spreekt tot de mens.<blockquote>''Heb 1:1  Nadat God vroeger vele malen en op vele wijzen tot de vaderen gesproken had in de profeten, heeft Hij in het laatst van deze dagen tot ons gesproken in de Zoon, (TELOS)''</blockquote>God heeft gesproken met Mozes, de leider van het volk Israël. God sprak met hem, onder andere, van boven het verzoendeksel, van tussen de twee [[Cherub|cherubs]].<blockquote>''Nu 7:89 En wanneer Mozes de tent van ontmoeting binnenging om met Hem te spreken, hoorde hij een stem tot hem spreken van boven het verzoendeksel, dat op de ark van de getuigenis ligt, van tussen de twee cherubs. Zo sprak Hij tot hem.'' ''Nu 8:1 De HEERE sprak tot Mozes:'' ''Nu 8:2 Spreek tot Aäron en zeg tegen hem: Wanneer u de lampen aansteekt, moeten de zeven lampen licht verspreiden in de richting van de voorzijde van de kandelaar.'' (HSV)</blockquote>God spreekt ook ''door anderen'' tot ons, zoals in Num. 8:2, waar Mozes wordt bevolen zekere woorden tot zijn broer Aäron, de hogepriester, te spreken. Het doorgeven van Gods geopenbaarde woorden is de dienst van een [[profeet]]:<blockquote>''Heb 1:1  Nadat God vroeger vele malen en op vele wijzen tot de vaderen gesproken had in de profeten, heeft Hij in het laatst van deze dagen tot ons gesproken in de Zoon, (TELOS)'' ''Jak 5:10 Broeders, neemt als voorbeeld van het lijden en het geduld de profeten, die in de naam van de Heer gesproken hebben. (TELOS)''</blockquote>
 
== God kennen ==
 
=== Natuurlijke Godskennis ===
De mens kan door openbaring van Godswege, door de kracht van zijn natuurlijke rede, het bestaan van God met zekerheid kennen en wel uit Gods schepselen. Deze waarheid wordt duidelijk geleerd in de Heilige Schrift. De apostel Paulus spreekt duidelijk, dat wij Gods eeuwige kracht en Goddelijkheid kennen, door twee middelen: 1e. openbaring van Godswege en wel 2e. door onze rede, ons 'inzicht'. Dat we kennis van God kunnen verkrijgen door het licht van de natuurlijke rede is een waarheid die door de Heilige Schrift en het gezond verstand betuigd wordt. <blockquote>''Ro 1:18  Want toorn van God wordt van de hemel geopenbaard over alle goddeloosheid en ongerechtigheid van mensen die de waarheid in ongerechtigheid bezitten; Ro 1:19 omdat wat van God gekend kan worden, onder hen openbaar is, want God heeft het hun geopenbaard Ro 1:20 - want van de schepping van de wereld af worden wat van Hem niet gezien kan worden, zijn eeuwige kracht en Goddelijkheid, uit zijn werken met inzicht doorzien -, opdat zij niet te verontschuldigen zijn, Ro 1:21  omdat zij, hoewel zij God kennen, Hem als God niet verheerlijkt of gedankt hebben, maar in hun overleggingen zijn zij tot dwaasheid vervallen en hun onverstandig hart is verduisterd geworden. Ro 1:22  Bewerend wijzen te zijn, zijn zij dwaas geworden Ro 1:23  en hebben de heerlijkheid van de onvergankelijke God vervangen door iets dat lijkt op het beeld van een vergankelijk mens, van vogels, van viervoetige en van kruipende dieren. Ro 1:24  Daarom heeft God hen in de begeerten van hun harten overgegeven aan onreinheid, om hun lichamen onder elkaar te onteren; Ro 1:25  zij die de waarheid van God vervangen hebben door de leugen en het schepsel geëerd en gediend hebben boven de Schepper, die gezegend is tot in eeuwigheid. Amen.'' (Telos)</blockquote>'De waarheid' van vers 18 is de waarheid dat er een goddelijke en machtige Schepper is. Deze waarheid is ons bekend, is voor de ogen van onze geest geplaatst. Wat voor onze lichamelijke ogen onzichtbaar is van God, heeft Hij ons geopenbaard. Van de schepping der wereld en der mensen af worden Gods bestaan en Zijn eeuwige kracht en goddelijkheid uit Zijn scheppingswerken met het verstand gezien. Daarom zijn de heidenen onverschoonbaar, omdat zij, hoewel God kennende, Hem echter niet als God hebben verheerlijkt en gedankt.
 
In het apocriefe boek [[Wijsheid van Jezus Sirach|Wijsheid]] 13:5 lezen wij: "''Want uit de grootte en schoonheid der schepselen wordt hun oorspronkelijke werkmeester beschouwd, daarbij vergeleken zijnde."''
 
Iedereen die zijn verstand gebruikt en nadenkt over onze ondervinding, kan inzien dat de domme stof onmogelijk op eigen gelegenheid de heerlijke kunststukken heeft kunnen construeren, die wij bewonderen in de ons omringende zichtbare natuur en niet het minst in ons eigen menselijk lichaam. Met andere woorden, ieder mens, die zijn verstand normaal laat werken, begrijpt dat de diepste grond der dingen niet in de domme stof moet gezocht worden, maar in een verstandelijke kracht, waaraan de verstandeloze stof onderworpen is. Terecht zegt de Romeinse advocaat, staatsman en filosoof Cicero (106-43 v.C.): "''Als wij in de natuur dingen zien, die het menselijk vernuft zo voortreffelijk niet kan maken, dan is het duidelijk, dat zij door iets hogers dan menselijk vernuft gemaakt zijn''"<ref>Uit: ''De Natura Deorum''. Over de aard der goden. Aangehaald in: Th. F. Bensdorp, ''Apologetica''. Verzameld en ingeleid door M. Stoks. Derde deel. Amsterdam: N.V. de R.K. Boek-Centrale, 1922. Blz. 234. </ref> Het gezond verstand ziet duidelijk in, dat de redeloze stof onmogelijk op eigen gelegenheid de heerlijke wereldorde heeft kunnen voortbrengen; maar dat zij ''moet'' afhangen van een eindeloos groot verstand.
 
Ook ziet ons gezond verstand in dat, als er dingen bestaan, er noodzakelijk minstens één ding moet zijn, wat altijd bestaan heeft, m.a.w. niet gemaakt is, geen oorzaak heeft, maar noodzakelijk bestaat, kortom, uit zich zelf bestaat. Uit zich zelf, natuurlijk niet in die zin dat het zichzelf zou gemaakt hebben, maar dat het van eeuwigheid bestaat zonder hogere oorzaak, m.a.w. absoluut onafhankelijk is in zijn bestaan. Als er immers niet altijd iets bestaan had, had er nooit iets tot bestaan kunnen komen. Uit niets komt niets voort. Nemen we zo'n eeuwig zijnde niet aan, dan komen we in een ''eindeloze'' keten van oorzaak en gevolg terecht.
 
Nu ziet ons gezond verstand óók in, dat de wereld, waartoe ook wijzelf behoren, ónmogelijk dat eerste, dat noodzakelijke, dat uit zich zelf bestaande, dat absoluut onafhankelijk wezen zijn kan. Immers, de zichtbare wereld is samengesteld uit wezens, zijnden, die, alle onder allerlei opzichten veranderlijk, toevallig, contingent, kortom afhankelijk zijn in hun bestaan. Derhalve moet er boven, onderscheiden van de zichtbare wereld, een noodzakelijk, een absoluut onafhankelijk wezen zijn.
 
Dat God door het natuurlijk licht van de menselijke rede uit de schepselen te kennen is, wordt eveneens geleerd door kerkleraars als [[Justinus de Martelaar|Justinus]] (c. 100 – c. 165), Gregorius de Grote (c. 540 - 604), Johannes Damascenus (676 - 749) en Bernardus van Clairvaux (1090-1153)<ref>Th. F. Bensdorp, ''Apologetica''. Verzameld en ingeleid door M. Stoks. Derde deel. (Amsterdam: N.V. de R.K. Boek-Centrale, 1922), blz. 233.</ref>.
 
=== Heilige Schrift ===
Een onmisbaar middel om méér van God te leren kennen is de Heilige Schrift, waardoor God tot ons spreekt en Zichzelf nader openbaart.
 
=== Christus ===
De heerlijkste openbaring van God aan ons mensen is Jezus Christus. Deze is de afdruk van Gods wezen. <blockquote>''Heb 1:3  Deze, die de uitstraling is van zijn heerlijkheid en de afdruk van zijn wezen ...,'' (Telos)</blockquote><blockquote>''Joh 14:9  Jezus zei tot hem: Ben Ik zo lange tijd bij u en heb je Mij niet gekend, Filippus? Wie Mij heeft gezien, heeft de Vader gezien; hoe zeg je dan: Toon ons de Vader?'' (Telos)</blockquote><blockquote>''Joh 15:24  Als Ik niet de werken onder hen had gedaan die niemand anders heeft gedaan, hadden zij geen zonde; maar nu hebben zij zowel gezien als gehaat zowel Mij als mijn Vader.'' (Telos)</blockquote><blockquote>''2Co 4:4  ... Christus, die het beeld van God is, ...'' (Telos)</blockquote><blockquote>''Col 1:15  Hij is het beeld van de onzichtbare God, de eerstgeborene van de hele schepping,'' (Telos)</blockquote>
 
=== Ten dele ===
Ons kennen van God door de natuurlijke rede is ten dele, wij kennen zijn eeuwige kracht en goddelijkheid, maar niet, bijvoorbeeld, Zijn raad. Ons kennen van God door de Woordopenbaring (de Heilige Schrift) is ook ten dele. <blockquote>''1Co 13:9  Want wij kennen ten dele en wij profeteren ten dele, 1Co 13:10  maar wanneer het volmaakte is gekomen, zal wat ten dele is, te niet gedaan worden. (...)  1Co 13:12  Want wij kijken nu door een spiegel, wazig, maar dan van aangezicht tot aangezicht, nu ken ik ten dele, maar dan zal ik kennen zoals ik ook gekend ben.'' (Telos) </blockquote>
 
=== Valsheid en afwijking ===
Ons kennen is ten dele. Daar komt bij dat goddeloosheid en ongerechtigheid de natuurlijke kennis omtrent God verdringen en ons voeren tot een valse voorstelling van God, tot verering van schepselen in plaats van de Schepper. Door hun ongerechtigheid beletten mensen dat hetgeen zij door het natuurlijk licht van hun rede inzagen, doorwerkt op hun gedrag.
 
In het [[Apocriefen|apocriefe]] Boek der Wijsheid, ook genoemd Wijsheid van Salomo, staat: „''Dwaas, voorzeker, zijn alle mensen, die God niet kennen en die uit de zichtbare goederen Hem, die is, niet konden begrijpen; die, geen acht gevend op de werken, de Werkmeester niet erkenden; maar òf het vuur, òf de wind, òf de snelle lucht, òf de sterrenhemel, òf het geweldige water, òf zon en maan voor de wereldbeheersers, voor goden aanzagen. Hielden zij nu dingen, behagen scheppend in hun schoonheid, voor goden, dan hadden zij moeten inzien, hoeveel schoner hun Gebieder is; want Hij, die de oorsprong is der schoonheid, schiep dit alles. Of verwonderden zij zich over hun kracht en werkdadigheid, dan hadden zij daaruit moeten verstaan, hoeveel machtiger hun Schepper is. Want uit de grootheid en de schoonheid van het geschapene, kan de Schepper daarvan klaarblijkelijk verstaan worden''." (Wijsheid 13:1-5)
 
Daar komt nog bij dat de duivel, "de God van deze eeuw", de gedachten kan verblinden en Gods woord kan tegenspreken, belachelijk maken, bestrijden. <blockquote>''2Co 4:4  in wie de God van deze eeuw de gedachten van deze ongelovigen verblind heeft, opdat de lichtglans van het evangelie van de heerlijkheid van Christus, die het beeld van God is, hen niet zou bestralen.'' (Telos)</blockquote>
 
== God zien ==
God is onzichtbaar (1 Tim. 1:17; Col. 1:15). <blockquote>''1Ti 1:17  De Koning der eeuwen nu, de onvergankelijke, <u>onzichtbare</u>, enige God, zij eer en heerlijkheid tot in alle eeuwigheid! Amen. (Telos)''</blockquote>Niemand, geen mens, heeft ooit God de Vader gezien (Joh. 1:18). <blockquote>''Joh 1:18  <u>Niemand heeft ooit God gezien</u>; de eniggeboren Zoon die in de schoot van de Vader is, die heeft Hem verklaard. (Telos)''</blockquote><blockquote>''1Jo 4:12  Niemand heeft ooit God aanschouwd. Als wij elkaar liefhebben, blijft God in ons en zijn liefde is in ons volmaakt. (Telos)''</blockquote><blockquote>''1Ti 6:16  Hij die alleen onsterfelijkheid heeft, die een ontoegankelijk licht bewoont, <u>die geen mens gezien heeft of zien kan</u>. Hem zij eer en eeuwige kracht! Amen. (Telos)''</blockquote>God zei tegen Mozes: <blockquote>''Ex 33:20  Hij zeide verder: Gij zoudt Mijn aangezicht niet kunnen zien; want Mij zal geen mens zien, en leven. (SV)''</blockquote>God openbaarde zich op de berg Horeb, maar het volk Israël zag Hem niet. <blockquote>''De 4:12  Zo sprak de HEERE tot u uit het midden des vuurs; gij hoordet de stem der woorden; maar gij zaagt geen gelijkenis, behalve de stem. (SV)''</blockquote>Alleen de Zoon kent Hem en heeft Hem gezien (Joh. 6:46). <blockquote>''Mt 11:27  Alles is Mij overgegeven door mijn Vader; en niemand kent de Zoon dan de Vader, en niemand kent de Vader dan de Zoon, en hij aan wie de Zoon Hem wil openbaren. (Telos)''</blockquote><blockquote>''Lu 10:22  Alles is Mij overgegeven door mijn Vader, en niemand weet Wie de Zoon is dan de Vader, en Wie de Vader is dan de Zoon, en hij aan wie de Zoon Hem wil openbaren. (Telos)''</blockquote><blockquote>''Joh 6:46  Niet dat iemand de Vader heeft gezien, dan alleen Hij die van God is gekomen; Deze heeft de Vader gezien. (Telos)''</blockquote>Onze Heer Jezus Christus is het beeld van de onzichtbare God (Col. 1:15), Hij heeft Hem verklaard (Joh. 1:18), zijn naam geopenbaard aan de leerlingen (Joh. 17:6). Hij openbaart Hem (Matth. 11:27). Hij heeft de naam van de Vader bekend gemaakt en zal die bekend maken (Joh. 17:26).<blockquote>''Joh 14:9  Jezus zei tot hem: Ben Ik zo lange tijd bij u en heb je Mij niet gekend, Filippus? Wie Mij heeft gezien, heeft de Vader gezien; hoe zeg je dan: Toon ons de Vader? (Telos)''</blockquote><blockquote>''Joh 17:26  En Ik heb hun uw naam bekend gemaakt en zal die bekend maken, opdat de liefde waarmee U Mij hebt liefgehad, in hen is en Ik in hen. (Telos)''</blockquote><blockquote>''Col 1:15  Hij is het beeld van de onzichtbare God, de eerstgeborene van de hele schepping, (Telos)''</blockquote>Toen Jesaja God zag, zag hij de Zoon van God.<blockquote>''Joh 12:41  Dit zei Jesaja omdat hij zijn heerlijkheid zag en van Hem sprak. (Telos)''</blockquote><blockquote>''3Jo 1:11  Geliefde, volg niet het kwade na maar het goede. Wie goed doet, is uit God; wie kwaad doet, heeft God niet gezien. (Telos)''</blockquote>Dat wil zeggen: een kwaaddoener heeft God of Zijn beeld niet gekend.
 
=== God gezien ===
Sommige mensen hebben God gezien. De eerste Adam zag God in de hof van Eden. De laatste Adam, Jezus, is het beeld van God en was en is als Zoon van God bij de Vader in de hemel. Mozes heeft de achterzijde van God gezien op de berg Horeb. <blockquote>''Ex 33:23  En wanneer Ik Mijn hand zal weggenomen hebben, zo zult gij Mijn achterste delen zien; maar Mijn aangezicht zal niet gezien worden! (SV)''</blockquote>Ook sprak Mozes met God en zag Zijn gelijkenis.<blockquote>''Nu 12:8  Van mond tot mond spreek Ik met hem, en door aanzien, en niet door duistere woorden; en de gelijkenis des HEEREN aanschouwt hij; waarom dan hebt gijlieden niet gevreesd tegen Mijn knecht, tegen Mozes, te spreken? (SV)''</blockquote>[[Job (persoon)|Job]] heeft God gezien. <blockquote>''Job 42:5  Met het gehoor des oors heb ik U gehoord; maar nu ziet U mijn oog. (SV)''</blockquote>[[Jakob (aartsvader)|Jacob]] heeft God gezien en met Hem geworsteld. <blockquote>''Ge 32:30  En Jakob noemde den naam dier plaats Pniël: Want, zeide hij ik heb God gezien van aangezicht tot aangezicht, en mijn ziel is gered geweest. (SV)''</blockquote>[[Gideon]] heeft de engel van Jahweh, dat is Jahweh zelf, gezien:<blockquote>''Ri 6:12  Toen verscheen hem de Engel des HEEREN, en zeide tot hem: De HEERE is met u, gij, strijdbare held! (...)  Ri 6:14  Toen keerde zich de HEERE tot hem, en zeide: Ga heen in deze uw kracht, en gij zult Israël uit der Midianieten hand verlossen; heb Ik u niet gezonden? (...)  Ri 6:22  Toen zag Gideon, dat het een Engel des HEEREN was; en Gideon zeide: Ach, Heere, HEERE! daarom, omdat ik een Engel des HEEREN gezien heb van aangezicht tot aangezicht. Ri 6:23  Doch de HEERE zeide tot hem: Vrede zij u, vrees niet, gij zult niet sterven. (SV)''</blockquote>[[Jesaja (boek)|Jesaja]] heeft God (de Zoon) zien zitten op zijn hoge en verheven troon.<blockquote>''Jes 6:1  In het jaar, toen de koning Uzzia stierf, zo zag ik den Heere, zittende op een hogen en verheven troon, en Zijn zomen vervullende den tempel. (SV)''</blockquote>
 
== Ware God ==
De God van Israël en van Jezus Christus, in wie Hij zich geopenbaard heeft, is de enige waarachtige God.
 
Een toets voor beweringen dat deze of gene god de ware God is, is de tijd<ref>[https://www.youtube.com/watch?v=xVsFhlJF8H4 20161030 The Oldest Yahweh Inscription 2 Kings Joel Kramer]. Youtube.com: Lighthouse Church - Twin Falls, 30 okt. 2016. Duur: 54 min. 1 sec. Voordracht door archeoloog Joel Kramer over de Soreb-inscriptie en over de tijd als toets voor het werkelijk bestaan van goden. </ref>. Valse goden vergaan met de volkeren die hen vereerden en ophielden te bestaan. Bijvoorbeeld de god Dagon is vergaan, met de Filistijnen die hem vereerden. Maar de God van Israël, wiens naam is 'Ik ben', bestaat nog altijd en tot in eeuwigheid.
 
Zie [[Goden]] voor het hoofdartikel.
 
== Meer weten ==
Regel 213 ⟶ 341:
 
Over de gaven die God ons schenkt, zie [[Gaven van God]].
 
=== Engels ===
Steven J. Lawson, ''Made in Our Image: The Fallacy of the User-Friendly God.'' Uitgever: Multnomah, 2000. Pagina's: 224. Over de tegenwoordige neiging om God voor te stellen als een grootvader die zijn kleinkinderen verwent, die liefdevol is en niet boos wordt; een God die ons mensen nodig heeft, e.d.
 
== Bronnen ==
Regel 220 ⟶ 351:
 
K.G.F.W. Ham, ''Leerboekje over den christelijken godsdienst.'' Dit is deel D van de serie Handleidingen bij het godsdienstonderwijs. Schoonhoven: S. & W.N. van Nooten, 1880. Blz. 8 -11. Hiervan is enige tekst verwerkt op 15 juli 2015.
 
H. Zeller, ''Bijbelsch Woordenboek voor het Christelijke volk''. Eerste deel A - J. ('s Gravenhage: M.J. Visser, 1867) s.v. Hoog, sub III. Tekst hiervan is op 20 april 2018 verwerkt in verband met het onderwerp 'God de Allerhoogste'.
 
Th. F. Bensdorp, ''Apologetica''. Verzameld en ingeleid door M. Stoks. Derde deel. Amsterdam: N.V. de R.K. Boek-Centrale, 1922. Tekst van blz. 232-239, over het kennen van God, is onder wijziging verwerkt op 18 sept. en 30 nov. 2022.
 
== Voetnoten ==