1 Korinthiërs 2: verschil tussen versies

Uit Christipedia
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
kGeen bewerkingssamenvatting
Regel 65: Regel 65:


'''Door de Geest.''' <blockquote>{{BVH|Bijbelboek=Johannes|Hoofdstuk=16|Vanaf_vers=13|Tot_vers=13}} </blockquote>'''Onderzoekt'''. NBG51-vertaling: "doorzoekt". Leidse vertaling, Naardense vertaling: "doorvorst". Nieuwe Bijbelvertaling (2004): "doorgrondt".
'''Door de Geest.''' <blockquote>{{BVH|Bijbelboek=Johannes|Hoofdstuk=16|Vanaf_vers=13|Tot_vers=13}} </blockquote>'''Onderzoekt'''. NBG51-vertaling: "doorzoekt". Leidse vertaling, Naardense vertaling: "doorvorst". Nieuwe Bijbelvertaling (2004): "doorgrondt".

== 11 ==
{{BVP|Bijbelboek=1 Korinthiërs|Hoofdstuk=2|Vanaf_vers=11|Tot_vers=11}}<noinclude>(TELOS)
Ook in dit opzicht lijkt de mens op God. De mens is oorspronkelijk naar Gods beeld en gelijkenis geschapen.


== 12 ==
== 12 ==
Regel 71: Regel 75:


== 14 ==
== 14 ==
1Co 2:14 Maar de natuurlijke mens neemt niet aan wat van de Geest van God is, want het is hem dwaasheid, en hij kan het niet begrijpen, omdat het geestelijk beoordeeld wordt. (TELOS)
2:<sup>14</sup> Maar een ziellijk mens neemt niet aan wat van de Geest <van God> is, want het is hem dwaasheid, en hij kan het niet begrijpen, omdat het geestelijk beoordeeld wordt. <noinclude>(CP<ref>Her- of vertaling door Christipedia, uitgaande van de Telos-vertaling.</ref>)
'''Natuurlijke mens'''. Letterlijk "ziellijke mens", de mens beheerst door de ziel, de psyche. Van hem onderscheiden is de geestelijke mens, de mens die beheerst of geleid wordt door de Geest van God die in hem woont.
'''Ziellijk mens'''. Letterlijke vertaling. [[Telos-vertaling]]: "[de] natuurlijke mens". Zo een mens wordt beheerst door de ziel, de psyche. Van hem onderscheiden is een geestelijk mens, een mens die beheerst of geleid wordt door de Geest van God die in hem woont. <blockquote>''Spr 29:7 De rechtvaardige neemt kennis van de rechtzaak der armen; [maar] de goddeloze begrijpt de wetenschap niet. (SV)''</blockquote><blockquote>''Spr 29:7 Een rechtvaardige neemt kennis van de rechtszaak van de armen, maar een goddeloze heeft geen enkel inzicht. (HSV)''</blockquote>De [[Herziene Statenvertaling]] (HSV) tekent aan dat er letterlijk staat: "begrijpt kennis niet".


'''Omdat het geestelijk beoordeeld wordt.''' Wat aan een profeet is geopenbaard en door hem wordt meegedeeld, moeten gelovigen beoordelen: "laat de anderen het <u>beoordelen</u>". <blockquote>{{BVH|Bijbelboek=1 Korinthiërs|Hoofdstuk=14|Vanaf_vers=29|Tot_vers=31}}</blockquote><blockquote>{{BVH|Bijbelboek=1 Korinthiërs|Hoofdstuk=10|Vanaf_vers=15|Tot_vers=15}}</blockquote>
''Spr 29:7 De rechtvaardige neemt kennis van de rechtzaak der armen; [maar] de goddeloze begrijpt de wetenschap niet. (SV)''

''Spr 29:7 Een rechtvaardige neemt kennis van de rechtszaak van de armen, maar een goddeloze heeft geen enkel inzicht. (HSV)''

De [[Herziene Statenvertaling]] (HSV) tekent aan dat er letterlijk staat: "begrijpt kennis niet".


== 15 ==
== 15 ==
1Co 2:15 Maar wie geestelijk is, beoordeelt alle dingen, maar hijzelf wordt door niemand beoordeeld. (TELOS)
1Co 2:15 Maar wie geestelijk is, beoordeelt alle dingen, maar hijzelf wordt door niemand beoordeeld. (TELOS)
'''Hij zelf wordt door niemand beoordeeld'''. Vergelijk
'''Hij zelf wordt door niemand beoordeeld'''. Vergelijk<blockquote>''Joh 3:8 De wind waait waarheen hij wil, en u hoort zijn geluid, maar <u>u weet niet waar hij vandaan komt en waar hij heengaat; zo is ieder die uit de Geest geboren is</u>. (TELOS)''</blockquote>

''Joh 3:8 De wind waait waarheen hij wil, en u hoort zijn geluid, maar <u>u weet niet waar hij vandaan komt en waar hij heengaat; zo is ieder die uit de Geest geboren is</u>. (TELOS)''


== 16 ==
== 16 ==
Regel 91: Regel 89:
'''Wij hebben het denken van Christus'''. De Geest van Christus woont in de gelovigen, door Hem zijn zij bekend met de wijsheid, de gedachten van God en van Christus en kunnen zij die verstaan.
'''Wij hebben het denken van Christus'''. De Geest van Christus woont in de gelovigen, door Hem zijn zij bekend met de wijsheid, de gedachten van God en van Christus en kunnen zij die verstaan.


Paulus had niet het denken van satan, maar hij onderkende soms de gedachten van deze tegenstander:
Paulus had niet het denken van satan, maar hij onderkende soms de gedachten van deze tegenstander:<blockquote>''2Co 2:10 Wie u nu iets vergeeft, ik ook; want ook ik, wat ik heb vergeven-als ik iets heb vergeven, dan is het ter wille van u in het aangezicht van Christus, opdat de satan op ons geen voordeel zou behalen, 2Co 2:11 want zijn gedachten zijn ons niet onbekend. (TELOS)''</blockquote>

''2Co 2:10 Wie u nu iets vergeeft, ik ook; want ook ik, wat ik heb vergeven-als ik iets heb vergeven, dan is het ter wille van u in het aangezicht van Christus, opdat de satan op ons geen voordeel zou behalen, 2Co 2:11 want zijn gedachten zijn ons niet onbekend. (TELOS)''

Versie van 26 jul 2024 12:26

1 Korinthiërs 2 is een hoofdstuk van De eerste brief van Paulus aan de Korinthiërs, een geschrift in de Bijbel, en telt 16 verzen.

Hoofdstukken van De eerste brief van Paulus aan de Korinthiërs samengevat en/of becommentarieerd: · 1 · 2 · 3 · 4 · 5 · 6 · 7 · 8 · 9 · 10 · 11 · 12 · 13 · 14 · 15 · 16
Verzen van 1 Korinthiërs 2 becommentarieerd: · 1 · 2 · 3 · 4 · 5 · 6 · 7 · 8 · 9 · 10 · 11 · 12 · 14 · 15 · 16

Samenvatting

1

1Co 2:1  En toen ik bij u kwam, broeders, kwam ik niet met uitnemendheid van woorden of wijsheid u het getuigenis van God verkondigen. (TELOS)

1 Korinthiërs 1: 17 Want Christus heeft mij niet gezonden om te dopen, maar om het evangelie te verkondigen; niet met wijsheid van woorden, opdat het kruis van Christus niet krachteloos zou worden.

Met uitnemendheid van woorden of wijsheid. Zo traden de Griekse wijzen en redetwisters op. Welbespraaktheid werd hoog gewaardeerd in Griekenland.

2

1Co 2:2 Want ik had mij voorgenomen niets onder u te weten dan Jezus Christus, en Die gekruisigd. (TELOS)

Niets ... dan Jezus Christus. Verderop zegt Paulus dat Jezus Christus het enige fundament van de gemeente is.

1Co 3:11 Want niemand kan een ander fundament leggen dan wat er ligt, dat is Jezus Christus. (TELOS)

Ook in Athene, dat Paulus tevoren bezocht had, had hij Christus gepredikt.

Hnd 17:30 Met voorbijzien dan van de tijden der onwetendheid beveelt God nu aan de mensen, dat zij zich allen overal moeten bekeren, Hnd 17:31 omdat Hij een dag heeft bepaald, waarop Hij het aardrijk in gerechtigheid zal oordelen door een man die Hij daartoe heeft bestemd, waarvan Hij aan allen zekerheid heeft gegeven door Hem uit de doden op te wekken. (TELOS)

Jezus Christus, en Die gekruisigd. Paulus noemt deze boodschap "het woord van het kruis" (1:18). Jezus Christus, en Die gekruisigd is de kern van het evangelie. Hij, de kruiseling, stierf om onze zonden te verzoenen! Aan het kruis is het gebeurd! Daar ben ik, zondaar, medegekruisigd in Hem. Daar vond de oude mens zijn einde. Daar rekende God met hem af.

Een gekruisigde Verlosser is het zwakke en dwaze (in de ogen van de wereld) van God, maar het is wijzer en sterker dan de wijsheid en kracht van de wereld.

3

1Co 2:3 En ik was bij u in zwakheid, in vrees en in veel beven; (TELOS)

Dat was Paulus in zichzelf. Maar Gods genade stelde hem in staat om zijn dienst te doen.

Niet alleen een gekruisigde Verlosser scheen dwaas en zwak, ook de boodschapper was een zwakke verschijning. De apostel maakt zichzelf gering.

In vrees en in veel beven. Vergelijk:

Flp 2:12 Daarom, mijn geliefden, zoals u altijd gehoorzaamd hebt, niet alleen zoals in mijn aanwezigheid, maar nu veel meer in mijn afwezigheid, bewerkt uw eigen behoudenis met vrees en beven; (TELOS)

4

 2: 4 en mijn woord en mijn prediking [bestond] niet in overredende woorden van wijsheid, maar in betoon van [de] Geest en van kracht, (TELOS)

Niet in overredende woorden van wijsheid. Hij trad niet op als een Griekse wijze of redetwister.

In betoon van [de] Geest en kracht. Paulus, een zwak vat, liet iets van Gods Geest en Gods kracht zien.

2 Korinthiërs 12: 12 De tekenen van de apostel zijn onder u met alle volharding verricht, door tekenen, wonderen en krachten. (Telos)

Hebreeën 2: 4 terwijl God bovendien meegetuigde zowel door tekenen als wonderen en allerlei krachten en uitdelingen van de Heilige Geest naar zijn wil. (Telos)

5

1Co 2:5 opdat uw geloof niet zou zijn in wijsheid van mensen, maar in de kracht van God. (TELOS)

Uw geloof ... in de kracht van God. In God, wiens kracht werkte door Paulus en zijn prediking en wiens kracht Christus heeft opgewekt uit de dood. Vergelijk:

Heb 2:3 hoe zullen wij ontkomen als wij zo’n grote behoudenis veronachtzamen, waarover aanvankelijk gesproken is door de Heer en die aan ons bevestigd is door hen die het gehoord hebben, Heb 2:4 terwijl God bovendien meegetuigde zowel door tekenen als wonderen en allerlei krachten en uitdelingen van de Heilige Geest naar zijn wil. (TELOS)

6

1Co 2:6 Maar wij spreken wijsheid onder de volmaakten; maar een wijsheid niet van deze wereld, ook niet van de oversten van deze wereld, die te niet gedaan worden; (TELOS)

Wijsheid. De wijsheid, de gedachten van God (vers 7), die door de Geest geopenbaard zijn.

De volmaakten. Dat zijn, blijkens het tekstverband, waarschijnlijk de geestelijken, die "het denken van Christus" hebben (1 Kor. 2:16). Zij kunnen de wijsheid van God, Zijn wonderbaar heilsplan, verstaan; het is hun geen dwaasheid. Zie 2:14-3:3.

De gelovigen zijn weliswaar in Christus volmaakt, maar een vleselijke gezindheid blijft mogelijk en staat (meer) kennis van God in de weg.

Flp 3:15 Voor zover wij dan volmaakt zijn, laten wij zo gezind zijn; en als u anders gezind bent, God zal u ook dat openbaren. (TELOS)

Wereld. Of 'eeuw'.

De oversten van deze wereld. Zie ook vs. 8. Burgerlijke oversten als stadhouder Pilatus en vazalkoning Herodes Antipas, die in de lijdensweek van Jezus optreden, en religieuze oversten als Annas en Kajafas en de overpriesters.

7

 2: 7 maar wij spreken Gods wijsheid in verborgenheid, de bedekte [wijsheid], die God voor alle eeuwen heeft voorbestemd tot onze heerlijkheid, (TELOS)

In verborgenheid. Kan betekenen: "in besloten kring", in de beslotenheid van de gemeenschap der heiligen. Vergelijk:

Mt 7:6 Geeft het heilige niet aan de honden en werpt uw parels niet voor de varkens; opdat zij ze niet misschien met hun poten vertrappen en zich omkeren en u verscheuren. (TELOS)

Waarschijnlijker is dat "spreken ... in verborgenheid" te verstaan zij als het meedelen van geestelijke dingen door geestelijke woorden, woorden van de Geest, die de natuurlijke mens niet kan begrijpen, niet aanneemt en voor dwaasheid houdt.

1Co 2:13 Hiervan spreken wij ook, niet met woorden door menselijke wijsheid geleerd, maar met woorden door de Geest geleerd, terwijl wij geestelijke dingen door geestelijke woorden meedelen. 1Co 2:14 Maar de natuurlijke mens neemt niet aan wat van de Geest van God is, want het is hem dwaasheid, en hij kan het niet begrijpen, omdat het geestelijk beoordeeld wordt. 1Co 2:15 Maar wie geestelijk is, beoordeelt alle dingen, maar hijzelf wordt door niemand beoordeeld. (TELOS)

Of, minder waarschijnlijk, wij moeten "in verborgenheid" met betrekking tot de wijsheid zelf, omdat het om een wijsheid gaat die alleen door de Geest geopenbaard en geestelijk verstaan wordt. Deze wijsheid komt uit het verborgen innerlijk van God (vers 11), dat alleen door de Geest onderzocht en gekend wordt. En als wij die Geest ontvangen hebben, kunnen wij de wijsheid van God kennen, "opdat wij weten de dingen die ons door God geschonken zijn" (vers 12).

De bedekte [wijsheid]. De eens verborgen, bedekte wijsheid van God, doch die thans geopenbaard is (vgl. vers 9-10).

Voor alle eeuwen ... voorbestemd tot onze heerlijkheid. Wij zijn in Christus, "de Heer der heerlijkheid" (vs. 8), "uitverkoren voor de grondlegging van de wereld".

Efe 1:4 zoals Hij ons in Hem heeft uitverkoren voor de grondlegging van de wereld, opdat wij heilig en onberispelijk zouden zijn voor Hem in de liefde, (TELOS)

Hebreeën 2: 10 Want het paste Hem, om Wie alle dingen zijn en door Wie alle dingen zijn, dat Hij, om vele zonen tot heerlijkheid te leiden, de overste leidsman van hun behoudenis door lijden volmaakte. (Telos)

8

 2: 8 die geen van de oversten van deze wereld heeft gekend (want als zij haar hadden gekend, zouden zij de Heer der heerlijkheid niet gekruisigd hebben); (TELOS)

Wereld. Of 'eeuw'.

De Heer der heerlijkheid. Die uit de hemelse heerlijkheid tot ons kwam, die verheerlijkt is en ons heerlijkheid bereidt en ons erheen leidt.

9

1Co 2:9 maar zoals geschreven staat: ‘Wat geen oog heeft gezien en geen oor heeft gehoord en in geen mensenhart is opgekomen, wat God bereid heeft voor hen die Hem liefhebben’. (TELOS)

Zoals geschreven staat. Vergelijk:

Jes 64:4 Ja, van oude tijden af heeft men het niet gehoord, men heeft het niet ter ore genomen en geen oog heeft het gezien, behalve U, o God, wat Hij doen zal voor wie op Hem wacht. (HSV)

Wat God bereid heeft. "De dingen die ons door God geschonken zijn" (vs. 12). De heerlijkheid en het zoonschap. Hen die Hem liefhebben.

Romeinen 8: 28 Maar wij weten dat hun die God liefhebben, alle dingen meewerken ten goede, hun die naar zijn voornemen zijn geroepen. (Telos)

Jakobus 1: 12 Gelukkig de man die verzoeking verdraagt; want beproefd geworden zal hij de kroon van het leven ontvangen, die Hij beloofd heeft aan hen die Hem liefhebben. (Telos)

Jakobus 2: 5 Hoort, mijn geliefde broeders: heeft God niet de armen in de wereld uitverkoren om rijk te zijn in het geloof en erfgenamen van het koninkrijk, dat Hij beloofd heeft aan hen die Hem liefhebben? (Telos)

10

1Co 2:10 Want ons heeft God het geopenbaard door de Geest; want de Geest onderzoekt alle dingen, zelfs de diepten van God. (TELOS)

Geopenbaard. Hetgeen bedekt (7), verborgen (7), ons mensen onbekend was (8-9).

Door de Geest.

Johannes 16: 13 Maar wanneer Hij is gekomen, de Geest van de waarheid, zal Hij u in de hele waarheid leiden; want Hij zal vanuit Zichzelf niet spreken, maar alles wat Hij zal horen, zal Hij spreken en de toekomstige dingen zal Hij u verkondigen.

Onderzoekt. NBG51-vertaling: "doorzoekt". Leidse vertaling, Naardense vertaling: "doorvorst". Nieuwe Bijbelvertaling (2004): "doorgrondt".

11

 2: 11 Want wie van de mensen kent het innerlijk van de mens, dan de geest van de mens die in hem is? Zo kent ook niemand het innerlijk van God, dan de Geest van God. (TELOS)

Ook in dit opzicht lijkt de mens op God. De mens is oorspronkelijk naar Gods beeld en gelijkenis geschapen.

12

 2: 12 En wij hebben niet de geest van de wereld ontvangen, maar de Geest die uit God is, opdat wij weten de dingen die ons door God geschonken zijn. (TELOS)

De dingen die ons door God geschonken zijn. "Wat God bereid heeft voor hen die Hem liefhebben" (9).

14

2:14 Maar een ziellijk mens neemt niet aan wat van de Geest <van God> is, want het is hem dwaasheid, en hij kan het niet begrijpen, omdat het geestelijk beoordeeld wordt. (CP[1])

Ziellijk mens. Letterlijke vertaling. Telos-vertaling: "[de] natuurlijke mens". Zo een mens wordt beheerst door de ziel, de psyche. Van hem onderscheiden is een geestelijk mens, een mens die beheerst of geleid wordt door de Geest van God die in hem woont.

Spr 29:7 De rechtvaardige neemt kennis van de rechtzaak der armen; [maar] de goddeloze begrijpt de wetenschap niet. (SV)

Spr 29:7 Een rechtvaardige neemt kennis van de rechtszaak van de armen, maar een goddeloze heeft geen enkel inzicht. (HSV)

De Herziene Statenvertaling (HSV) tekent aan dat er letterlijk staat: "begrijpt kennis niet". Omdat het geestelijk beoordeeld wordt. Wat aan een profeet is geopenbaard en door hem wordt meegedeeld, moeten gelovigen beoordelen: "laat de anderen het beoordelen".

1 Korinthiërs 14: 29 En laten twee of drie profeten spreken en laten de anderen het beoordelen. 30 En als aan een ander die daar zit, iets geopenbaard wordt, laat de eerste zwijgen. 31 Want u kunt allen, een voor een, profeteren, opdat allen leren en allen vertroost worden.

1 Korinthiërs 10: 15 Ik spreek als tot verstandigen; beoordeelt u wat ik zeg.

15

1Co 2:15 Maar wie geestelijk is, beoordeelt alle dingen, maar hijzelf wordt door niemand beoordeeld. (TELOS)

Hij zelf wordt door niemand beoordeeld. Vergelijk

Joh 3:8 De wind waait waarheen hij wil, en u hoort zijn geluid, maar u weet niet waar hij vandaan komt en waar hij heengaat; zo is ieder die uit de Geest geboren is. (TELOS)

16

1Co 2:16 Want ‘wie heeft het denken van de Heer gekend, dat hij Hem zou onderrichten?’ Maar wij hebben het denken van Christus. (TELOS)

Wij hebben het denken van Christus. De Geest van Christus woont in de gelovigen, door Hem zijn zij bekend met de wijsheid, de gedachten van God en van Christus en kunnen zij die verstaan.

Paulus had niet het denken van satan, maar hij onderkende soms de gedachten van deze tegenstander:

2Co 2:10 Wie u nu iets vergeeft, ik ook; want ook ik, wat ik heb vergeven-als ik iets heb vergeven, dan is het ter wille van u in het aangezicht van Christus, opdat de satan op ons geen voordeel zou behalen, 2Co 2:11 want zijn gedachten zijn ons niet onbekend. (TELOS)

  1. Her- of vertaling door Christipedia, uitgaande van de Telos-vertaling.