Genesis/Hoofdstuk 1: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Regel 39: Regel 39:
=== Gen. 1:3 ===
=== Gen. 1:3 ===
Ge 1:3   En God zeide: Daar zij licht! en daar werd licht. (SV)
Ge 1:3   En God zeide: Daar zij licht! en daar werd licht. (SV)
In de duisternis (vers 2) komt het licht. God Zelf is licht.
In de duisternis (vers 2) komt het licht. Dit licht kwam niet van de zon. De licht''dragers'' (zon, maan, sterren) ontstaan op de vierde scheppingsdag. Licht kan bestaan zonder zekere lichtdragers.

God Zelf is licht. De Heer Jezus is het Licht der wereld. Toen Saulus Damaskus naderde, omstraalde plotseling hem een licht uit de hemel, een licht dat niet van de zon kwam.

''Hnd 9:3  Terwijl hij echter reisde, gebeurde het dat hij Damaskus naderde; en plotseling omstraalde hem een licht uit de hemel; (Telos)''

''Hnd 22:6  Het gebeurde mij echter, terwijl ik reisde en Damaskus naderde, dat omstreeks de middag plotseling uit de hemel een fel licht mij omstraalde. (Telos)''

''Hnd 26:12 En toen ik daarvoor naar Damaskus reisde met volmacht en opdracht van de overpriesters,  Hnd 26:13  zag ik, O koning, midden op de dag onderweg een licht uit de hemel, sterker dan de glans van de zon, mij en die met mij reisden omstralen. (Telos)''


Nadat Woord en Geest in het hart van een zondaar hebben gewerkt, komt het licht in zijn leven. De Heer Jezus Christus is het 'licht van de wereld'. De duisternis van deze wereld zal eens wijken voor Hem, die het licht is.
Nadat Woord en Geest in het hart van een zondaar hebben gewerkt, komt het licht in zijn leven. De Heer Jezus Christus is het 'licht van de wereld'. De duisternis van deze wereld zal eens wijken voor Hem, die het licht is.