6:1-3 Vlucht uit Jeruzalem; gevaar uit het noorden. 6:4-5 Heiligt de krijg tegen haar. 6:6-11. In het midden van Jeruzalem is enkel verdrukking en boosheid. 6:12-16 Jeruzalem zal verwoest worden. 6:17-21. Naar door God gestelde wachters wordt niet geluisterd, noch naar Gods woord. 6:22v Waarschuwing voor de komende invasie door de Chaldeeën.