Joram (koning van Israël): verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
kGeen bewerkingssamenvatting
kGeen bewerkingssamenvatting
Regel 1:
'''Joram''' was koning van het tienstammenrijk Israël in de 9e eeuw v. Chr.
 
Hij was een zoon van Achab en volgde zijn broer [[Ahazia (koning van Israël)|Ahazia]] als koning van het tienstammenrijk Israël op. Hij regeerde 12 jaren<ref>Volgens de tijdbalk (2009) van Stichting [[Stichting De Oude Wereld|De Oude Wereld]] (later opgegaan in het [[Logos Instituut]]) werd hij koning in 852 v.C. Volgens P.J. Gouda Quint, ''Woordenboek des Bijbels, inzonderheid ten gebruike bij de Statenvertaling''. (Haarlem: De erven F. Bohn, 1866), kwam hij in het jaar 896 v.C. aan de regering. </ref>.
 
{{Tijdbalk Achab tot Uzzia}}
 
Het ontbrak hem wel niet aan vele goede voomemens, maar hij miste de nodige veerkracht en standvastigheid, om ze te volbrengen. Slechts ten dele maakte hij aan de Baälsdienst een einde, daar de invloed van zijn moeder Izebel eerst met haar leven eindigen kon. De koning zelf diende God naar de inzetting van [[Jerobeam I|Jerobeam]]. Overigens leren wij Joram, vooral uit zijn afwisselend gedrag tegenover Elisa, als een zwak en veranderlijk mens kennen.
Hij was een zoon van Achab en volgde zijn broer [[Ahazia (koning van Israël)|Ahazia]] als koning van het tienstammenrijk Israël op. Kort na zijn troonsbestijging kwam de Moabitische koning Mesa, wiens rijk schatplichtig was aan Israël, in opstand tegen hem. Samen met koning Josafat van Juda en de koning van Edom, trok Joram op tegen Mesa. De oorlog verliep voorspoedig, maar nadat Mesa uit wanhoop zijn erfgenaam opofferde aan de god Kemos, waren Joram en Josafat zo ontzet dat ze zich terugtrokken uit Moab (2 Kon. 3).
 
Hij was een zoon van Achab en volgde zijn broer [[Ahazia (koning van Israël)|Ahazia]] als koning van het tienstammenrijk Israël op. Kort na zijn troonsbestijging kwam de Moabitische koning Mesa, wiens rijk schatplichtig was aan Israël, in opstand tegen hem. Jorams poging, om de Moabieten, die na de dood van zijn vader Ahazia hun onafhankelijkheid herwonnen hadden, weer te onderwerpen, gelukte hem. Hiertoe droeg bij zowel de raad van Elisa, als de hulp van Josafat en van de Edomieten. Samen met koning Josafat van Juda en de koning van Edom, trok Joram op tegen Mesa. De oorlog verliep voorspoedig, maar nadat Mesa uit wanhoop zijn erfgenaam opofferde aan de god Kemos, warentrokken Joram en Josafat zo ontzet dat ze zich terugtrokkenterug uit Moab (2 Kon. 3).
De banden met het tweestammentijk Juda bleven sterk en Jorams neef Ahazia (niet te verwarren met de broer van Joram) was koning van Juda geworden. Toen koning Hazaël van Aram-Damascus Israël binnenviel, vochten de beide koningen zij aan zij tegen de Arameeërs in Ramot-Gilead. Zij leden echter een nederlaag en Ramot-Gilead moest aan de Arameeërs prijs worden gegeven (2 Kon. 8:28-29). Joram, die gewond was geraakt, en Ahazia trokken zich terug naar Jizreël. Jehu, de commandant der strijdwagens van het Israëlitische leger, werd aangespoord door de profeet Elisa om koning Joram af te zetten. Jehu reed naar Jizreël, waarop de koning ruiters uitzond om Jehu's bedoelingen te achterhalen. Jehu negeerde de ruiters en vermoordde vervolgens zowel Joram als Ahazia (2 Kon. 9:24-29). Daarna werd Jehu koning van Israël.
 
Tegen de Syriërs (Aram-Damascus) voerde hij de oorlog niet zonder voorspoed. Telkens kondigde de profeet Elisa de krijgsplannen van Benhadad de koning van Israël aan, zodat zij niet konden uitgevoerd worden. Ten einde eens voor altijd hieraan een einde te maken, zond de Syriër een bende naar Dothan, om Elisa gevangen te nemen. Maar zijzelf werden door de Godsman gevangen genomen en aan Joram overgegeven. 
 
Toen rukte Benhadad met een grote macht tegen Samaria op, belegerde deze hoofdstad van het tienstammenrijk en zou haar ongetwijfeld door hongersnood tot de overgave genoodzaakt hebben, had God niet tijdig redding beschikt. 
 
De banden met het tweestammentijktweestammenrijk Juda bleven sterk en Jorams neef Ahazia (niet te verwarren met de broer van Joram) was koning van Juda geworden. Toen koning Hazaël van Aram-Damascus Israël binnenviel, vochten de beide koningen zij aan zij tegen de Arameeërs in Ramot-Gilead. Zij leden echter een nederlaag en Ramot-Gilead moest aan de Syriërs (Arameeërs) prijs worden gegeven (2 Kon. 8:28-29). Joram, die gevaarlijk gewond was geraakt, en Ahazia trokken zich terug naar Jizreël. Jehu, de commandant der strijdwagens van het Israëlitische leger, werd aangespoord door de profeet Elisa om koning Joram af te zetten. Jehu reed naar Jizreël, waarop de koning ruiters uitzond om Jehu's bedoelingen te achterhalen. Jehu negeerde de ruiters en vermoordde vervolgens zowel Joram als Ahazia (2 Kon. 9:24-29). Daarna werd Jehu koning van Israël.
 
Jehu, de commandant der strijdwagens van het Israëlitische leger, werd aangespoord door de profeet Elisa om koning Joram af te zetten. Jehu reed naar Jizreël, waarop de koning Joram ruiters uitzond om Jehu's bedoelingen te achterhalen. Jehu negeerde de ruiters en vermoordde vervolgens zowel Joram als Ahazia (2 Kon. 9:24-29). Jorams nageslacht viel door de hand van de overweldiger.
 
Joram was de laatste vorst uit het beruchte huis van Achab. Als men behalve dit alles in aanmerking neemt, dat het land tijdens zijn bestuur nog door een zevenjarige hongersnood geteisterd werd, begrijpt men, dat het aantal van zijn gelukkige en vreedzame dagen zeer gering is geweest.
 
In zijn plaats werd Jehu koning van Israël.
 
== Buitenbijbelse oudheidkunde ==
Regel 14 ⟶ 28:
== Bron ==
[https://nl.wikipedia.org/wiki/Joram_van_Isra%C3%ABl Joram van Israël], artikel op nl.wikipedia.org. Tekst van dit artikel is verwerkt op 28 aug. 2017.
 
== Voetnoot ==