Moré: verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Nieuwe pagina aangemaakt met ''''Moré''' (Hebr. ''Moreh'') is een naam die in de Bijbel verwijst naar: # de terebint Moré bij Sichem, waar Abraham zijn tent opsloeg, toen hij voor het eerst K...' |
kGeen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 1: | Regel 1: | ||
'''Moré''' (Hebr. ''Moreh'') is een naam die in de Bijbel verwijst naar: |
'''Moré''' (Hebr. ''Moreh'') is een naam die in de Bijbel verwijst naar: |
||
# de terebint Moré bij Sichem, waar Abraham zijn tent opsloeg, toen hij voor het eerst Kanaän binnenkwam (Gen. 12:6; Deut. 11:30); |
# de terebint Moré bij [[Sichem]], waar Abraham zijn tent opsloeg, toen hij voor het eerst Kanaän binnenkwam (Gen. 12:6; Deut. 11:30); |
||
# de heuvel Moré in de vallei van Jizreël, waar de Midianieten hun kamp hadden, toen Gideon hen aanviel (Richt. 7:1). |
# de heuvel Moré in de vallei van Jizreël, waar de Midianieten hun kamp hadden, toen Gideon hen aanviel (Richt. 7:1). |
||
De naam komt drie maal in de Bijbel voor en betekent volgens sommigen “leraar", van het werkwoord ''jaroh'', ‘leren, onderwijzen’; doch anderen menen, dat het de naam van een Kanaäniet is, aan wie de boom toebehoorde; men vergelijke Mamré, dat ook naar een persoon is vernoemd<ref>S.J. van Ronkel, ''Woordenboek der eigennamen'' (Groningen: M. Smit, 1835) s.v. Moré. </ref>. |
De naam komt drie maal in de Bijbel voor en betekent volgens sommigen “leraar", van het werkwoord ''jaroh'', ‘leren, onderwijzen’; doch anderen menen, dat het de naam van een Kanaäniet is, aan wie de boom bij Sichem toebehoorde; men vergelijke [[Mamré]], dat ook naar een persoon is vernoemd<ref>S.J. van Ronkel, ''Woordenboek der eigennamen'' (Groningen: M. Smit, 1835) s.v. Moré. </ref>. |
||
== Bronnen == |
== Bronnen == |
Huidige versie van 5 mei 2020 om 06:31
Moré (Hebr. Moreh) is een naam die in de Bijbel verwijst naar:
- de terebint Moré bij Sichem, waar Abraham zijn tent opsloeg, toen hij voor het eerst Kanaän binnenkwam (Gen. 12:6; Deut. 11:30);
- de heuvel Moré in de vallei van Jizreël, waar de Midianieten hun kamp hadden, toen Gideon hen aanviel (Richt. 7:1).
De naam komt drie maal in de Bijbel voor en betekent volgens sommigen “leraar", van het werkwoord jaroh, ‘leren, onderwijzen’; doch anderen menen, dat het de naam van een Kanaäniet is, aan wie de boom bij Sichem toebehoorde; men vergelijke Mamré, dat ook naar een persoon is vernoemd[1].
Bronnen
S.J. van Ronkel, Woordenboek der eigennamen (Groningen: M. Smit, 1835) s.v. Moré. Hieruit is op 3 jan. 2012 tekst genomen en verwerkt. Van Ronkel was destijds hoofdonderwijzer aan een Joodse school en beëedigd vertaler.
Hebreeuws-Nederlands Lexicon, onderdeel van de Online Bible, een uitgave van Importantia.
Voetnoot
- ↑ S.J. van Ronkel, Woordenboek der eigennamen (Groningen: M. Smit, 1835) s.v. Moré.