Plaats van het reukaltaar: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
kGeen bewerkingssamenvatting
Regel 58: Regel 58:
5. Dat de hogepriester op Verzoekdag reukwerk "binnen de voorhang" bracht, betekent niet dat het altaar in het Allerheiligste stond. Hij kan het uit het Heilige hebben binnengebracht.
5. Dat de hogepriester op Verzoekdag reukwerk "binnen de voorhang" bracht, betekent niet dat het altaar in het Allerheiligste stond. Hij kan het uit het Heilige hebben binnengebracht.


6. Volgens sommige vertalingen bevatte het Allerheiligste het reukaltaar. De Petrus Canisius-vertaling van Hebr. 9:4 bijvoorbeeld zegt:
6. Volgens de Petrus Canisius-vertaling van Hebr. 9:4 bevatte het Allerheiligste het reukaltaar. <blockquote>''Heb 9:3  Achter het tweede voorhangsel was een tabernakel, die het Heilige der Heiligen genoemd werd. Heb 9:4  <u>Dit bevatte</u> naast <u>een gouden reukaltaar</u> ook de ark des verbonds, die geheel met goud was overtrokken, en waarin zich de gouden vaas met het manna bevond, benevens de staf van Aäron die gebloeid had, en de verbondstafelen;'' (Canis)</blockquote>Een betere vertaling echter lijkt te zijn 'wierookvat'. Over deze vertaalkwestie, zie het commentaar bij [[Hebreeën 9#4|Hebr. 9:4]].


<blockquote>''Heb 9:3  Achter het tweede voorhangsel was een tabernakel, die het Heilige der Heiligen genoemd werd. Heb 9:4  <u>Dit bevatte</u> naast <u>een gouden reukaltaar</u> ook de ark des verbonds, die geheel met goud was overtrokken, en waarin zich de gouden vaas met het manna bevond, benevens de staf van Aäron die gebloeid had, en de verbondstafelen;'' (Canis)</blockquote>
7. Op Verzoendag, één keer in het jaar, moest de hogepriester met reukwerk in het Allerheiligste ingaan, opdat de rook het verzoekdeksel zou bedekken. <blockquote>''Lev. 16: 12  Hij zal ook een wierookvat vol vurige kolen nemen van het altaar, van voor het aangezicht des HEEREN, en zijn handen vol reukwerk van welriekende specerijen, klein gestoten; en hij zal het binnen den voorhang dragen. 13  En hij zal dat reukwerk op het vuur leggen, voor het aangezicht des HEEREN, opdat de nevel des reukwerks het verzoendeksel, hetwelk is op de getuigenis, bedekke, en dat hij niet sterve.'' (SV)</blockquote>Als het reukaltaar met zijn voortdurend reukwerk in het Allerheiligste gestaan zou hebben, dan zou de rook steeds de ruimte vervuld hebben en over het verzoendeksel hangen. Dat zou de zin, het nut van het reukoffer op Verzoendag twijfelachtig maken.


Om verschillende redenen lijkt 'wierookvat' een betere vertaling te zijn. Over deze vertaalkwestie, zie het commentaar bij [[Hebreeën 9#4|Hebr. 9:4]].
8. Volgens buitenbijbelse Joodse bronnen ontbrak de ark van het verbond in de Tweede Tempel, terwijl het gouden altaar in het Heilige stond<ref>Zie de Hebreeuwse Wikipedia-pagina over de tempel: https://he.wikipedia.org/wiki/%D7%91%D7%99%D7%AA_%D7%94%D7%9E%D7%A7%D7%93%D7%A9#%D7%9E%D7%91%D7%A0%D7%94_%D7%94%D7%9E%D7%A7%D7%93%D7%A9</ref>. De Joodse geschiedschrijver Flavius Josephus, in 37 n.C. geboren in een priesterfamilie, schrijft in zijn ''Joodse Oudheden'' over het reukaltaar in de tabernakel<ref>Derde boek, hoofdstuk VI.</ref>: "''Tussen de tafel en de kandelaar, die overdwars stond, was een altaar waarop men Gode reukwerk offerde.''" Het orthodox-Joodse [[Tempelinstituut]], dat [[tempel]] en [[Priester|priesterdienst]] grondig heeft bestudeerd en wederom wil invoeren, plaats het reukaltaar in het Heilige<ref>''Charta's Illustrated Encyclopedia of the Holy Temple in Jerusalem''. Jeruzalem: Carta, 2005. </ref>.


7. Op Verzoendag, één keer in het jaar, moest de hogepriester met reukwerk in het Allerheiligste ingaan, opdat de rook het verzoekdeksel zou bedekken. <blockquote>''Lev. 16: 12  Hij zal ook een wierookvat vol vurige kolen nemen van het altaar, van voor het aangezicht des HEEREN, en zijn handen vol reukwerk van welriekende specerijen, klein gestoten; en hij zal het binnen den voorhang dragen. 13  En hij zal dat reukwerk op het vuur leggen, voor het aangezicht des HEEREN, opdat de nevel des reukwerks het verzoendeksel, hetwelk is op de getuigenis, bedekke, en dat hij niet sterve.'' (SV)</blockquote>

Als het reukaltaar met zijn voortdurend reukwerk in het Allerheiligste gestaan zou hebben, dan zou de rook steeds de ruimte vervuld hebben en over het verzoendeksel hangen. Dat zou de zin, het nut van het reukoffer op Verzoendag twijfelachtig maken.

8. Volgens buitenbijbelse Joodse bronnen ontbrak de ark van het verbond in de Tweede Tempel, terwijl het gouden altaar in het Heilige stond<ref>Zie de Hebreeuwse Wikipedia-pagina over de tempel: https://he.wikipedia.org/wiki/%D7%91%D7%99%D7%AA_%D7%94%D7%9E%D7%A7%D7%93%D7%A9#%D7%9E%D7%91%D7%A0%D7%94_%D7%94%D7%9E%D7%A7%D7%93%D7%A9</ref>. De Joodse geschiedschrijver Flavius Josephus, in 37 n.C. geboren in een priesterfamilie, schrijft in zijn ''Joodse Oudheden'' over het reukaltaar in de tabernakel<ref>Derde boek, hoofdstuk VI.</ref>: "''Tussen de tafel en de kandelaar, die overdwars stond, was een altaar waarop men Gode reukwerk offerde.''" Het orthodox-Joodse [[Tempelinstituut]], dat [[tempel]] en [[Priester|priesterdienst]] grondig heeft bestudeerd en wederom wil invoeren, plaats het reukaltaar in het Heilige<ref>''Charta's Illustrated Encyclopedia of the Holy Temple in Jerusalem''. Jeruzalem: Carta, 2005. </ref>.
==Voetnoten==
==Voetnoten==