Romeinen 6: verschil tussen versies

Toegevoegde inhoud Verwijderde inhoud
Regel 16:
De [[doop]] (door onderdompeling) symboliseert (onder meer) een begrafenis (vers 4). Wij zijn met Hem gestorven en begraven, "met hem één geworden in de gelijkheid van zijn dood" (vers 5). Het woordje "tot" duidt aan dat wij tot Hem zijn gebracht en met Hem verenigd zijn geworden; wij zijn met Hem verbonden, wij staan aan Zijn kant.
 
== 4 ==
== 4 Met Hem begraven. Nieuwheid van leven. ==
Ro 6:4 Wij zijn dan met Hem begraven door de doop tot de dood, opdat, zoals Christus uit de doden is opgewekt door de heerlijkheid van de Vader, zo ook wij in nieuwheid van leven zouden wandelen. (TELOS)
De dopeling blijft niet in het watergraf. Na de doop door onderdompeling staat hij weer op. Ook dat heeft een symbolische betekenis: wij zijn met Christus gestorven èn opgewekt, opgestaan. Wij zijn met Hem één geworden, ook "in de gelijkheid van zijn opstanding" (vers 6). En na deze opstanding volgt een wandel in nieuwheid van leven. De verbinding met Hem blijft, immers is Hij de bron van ons leven.
Regel 92:
Ad 1. Zullen we de genade vermeerderen door ''in de zonde blijven''? Nee, betoogt Paulus. Dat is niet consequent, omdat we van de zonde zijn gescheiden. We zijn met Christus één geworden in zijn dood en opstanding. Door Zijn dood zijn we, d.i. onze oude mens, gestorven ten opzichte van de zonde. Zo moest het lichaam van de zonde teniet worden gedaan, opdat wij niet meer de zonde dienen. Zijn dood scheidt ons van de zonde. Maar Christus is opgestaan en wij met Hem. Zijn opstanding brengt ons in een nieuw leven. Christus leeft voor God en wij ook; wij leven niet langer voor de zonde. In plaats van in de zonde te blijven moeten we ons dood houden voor de zonde, maar voor God levend in Christus Jezus. We moeten ons in de dienst van God stellen. We kunnen God dienen omdat we onder Gods genade leven, niet onder de wet.
 
Ad. 2. Een tweede vraag is: Zouden we zondigen juist omdat we niet onder wet maar onder genade zijn? (vers 15). Nee, want we hebben (bij onze bekering) ervoor gekozen God te dienen en niet de zonde. We zijn vrijgemaakt van de zonde. De dienst van de zonde leidt tot de dood, de dienst van God tot heiliging en eeuwig leven. Kies daarom het goede.
 
De zonde (onreinheid, wetteloosheid) dienen als slaaf → wrange vruchten → dood (loon van de zonde)
Regel 98:
God (de gerechtigheid) dienen als slaaf → goede vruchten → gerechtigheid, heiliging, eeuwig leven (genadegave).
 
== VoetnootVoetnoten ==