k
→25
k (→6) |
k (→25) |
||
Regel 177:
== 25 ==
Want God heeft verlossing geschonken door Jezus Christus.
== 26 ==
'''Ikzelf dien wel met het denken de wet van God'''. Met mijn denken stem ik in met de wet van God. vs. 23: "de wet van mijn denken".
''
== Nabeschouwing ==
Paulus beschrijft de verhouding van de gelovige tot de wet van God. Dit hoofdstuk vervolgt met de beantwoording van een vraag uit het vorige hoofdstuk en behandelt een nieuwe vraag. De vraag uit het vorige hoofdstuk was:<blockquote>''Ro 6:15 Wat dan? Zouden wij zondigen, omdat wij niet onder de wet maar onder de genade zijn? Volstrekt niet!'' (TELOS)</blockquote>De nieuwe vraag is: <blockquote>''Ro 7:7 Wat zullen wij dan zeggen? Is de wet zonde? (TELOS)''</blockquote>Wat de eerste vraag betreft: we zijn vrijgemaakt van de wet en daardoor ook van de zonde, op grond van de dood van Christus. Zoals een vrouw vrijgemaakt wordt van haar man en van de wet van het huwelijk als de man overlijdt. Door de dood van Christus zijn we vrijgemaakt van de wet, die ons aan de zonde, of eigenlijk de zondaar, de oude mens, koppelde. We zijn nu verbonden met de Heer, zodat we voor God vrucht kunnen dragen in nieuwheid van geest.
Wat de tweede vraag betreft: Is de wet zonde? We moesten immers daarvan worden vrijgemaakt! Nee, de wet is goed, maar de zonde leeft op onder de wet. Als de zonde opleeft, sterf ik.
|