Rooms-Katholieke Kerk: verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
kGeen bewerkingssamenvatting |
|||
(2 tussenliggende versies door dezelfde gebruiker niet weergegeven) | |||
Regel 3:
De landen waar de meeste katholieken wonen zijn Brazilië en Mexico (stand 2016). In Nederland zijn ruim 4,2 miljoen katholieken (2010). Van hen is ongeveer 6 procent actief als vrijwilliger in de kerk (2010). In Nederland gaat zo’n 7 procent van de katholieken met grote regelmaat naar de kerk (2010). Met Kerstmis en Pasen gaan er meer<ref>Bron: [http://www.rorate.com/nieuws/nws.php?id=63404 Ontkerkelijking in Oosterhout sneller dan elders], nieuwsartikel op Rorate.com, 31 okt. 2010</ref>.
== Schrift en traditie ==
De kerk ziet in het verspreiden van bijbels zonder meer niet veel heil, meermalen zelfs een ernstig gevaar. Het gevaar dat zij vreest is dat de Bijbel zonder behoorlijke voorzorg door minder bedrevenen zeer licht verkeerd kan worden begrepen. De waarheid van de Bijbel is niet de dode letter, maar de juiste door God bedoelde zin. Maar dat die zin, waarop ’t toch alleen aankomt, niet altijd even gemakkelijk te achterhalen is, leert niet alleen de ondervinding — de meest uiteenlopende stelsels beroepen zich getrouw op dezelfde Bijbel, ja, vaak op dezelfde teksten, — maar het staat bovendien uitdrukkelijk in de Bijbel zelf. Zo wordt van de brieven van Paulus gezegd, dat daarin, „sommige moeilijk verstaanbare dingen zijn, die de onkundigen en onstandvastigen verdraaien evenals de andere schriften, tot hun eigen verderf (2 Petr. 3: 15-16)”. Om die reden bindt de kerk het lezen van de Bijbel aan zekere beperkende voorschriften. Alleen aan de ontwikkelden, die de Bijbel een der dode talen lezen, staat zij die lezing zonder bijzondere beperking toe; maar zij vordert, dat vertalingen in een levende taal behoorlijk kerkelijk zijn goedgekeurd en met aantekeningen voorzien. Bepaaldelijk dit laatste maakt natuurlijk de uitgave veel kostbaarder en minder toegankelijk voor allen. Maar de kerk vindt, dat dit bezwaar niet opweegt tegen het kwaad, dat het verspreiden van bijbels zonder aantekeningen oplevert. Zelfs wenst de kerk ook die kerkelijk goedgekeurde en met aantekeningen voorziene bijbels nog niet in de hand van iedereen en zeker niet in handen van minderjarigen. In de leemte hierdoor veroorzaakt wordt voorzien door Bijbelse geschiedenissen, waarin men alle stichtelijke verhalen bijeen vindt, zonder hetgeen voor tedere oren aanstotelijk zou kunnen zijn.<ref>Th. F. Bensdorp, ''Apologetica''. Verzameld en ingeleid door M. Stoks. Derde deel. Amsterdam: N.V. de R.K. Boek-Centrale, 1922. Blz. 178-179. Tekst hiervan, betreffende het verspreiden en lezen van de Bijbel, is onder wijziging verwerkt op 27 mei 2022. </ref>
== 'Onfeilbaar Leergezag' ==
== Vereringen ==
'''Mariaverering.''' In de leer neemt Maria, de moeder van Jezus Christus, een zeer vooraanstaande plaats in. De bijzondere verering van haar is kenmerkend voor de rooms-katholieke leer en praktijk. Ze zou zonder erfzonde zijn geweest. In haar aardse leven zou zij altijd maagd zijn gebleven en geen andere kinderen dan haar zoon Jezus hebben gehad. Ze is niet gestorven, maar evenals haar zoon Jezus ten hemel gevaren. ▼
In de Rooms-Katholieke Kerk zijn er vier graden van eerbetoon, overeenkomend met de graad van heiligheid en belangrijkheid van de vereerde personen<ref>Bronnen: https://x.com/SecretFire79/status/1822784481209569787. Aanvullend: ChatGPT, 13 aug. 2024. </ref>:
# ''Latria'' (= aanbidding, adoratie) is de hoogste verering, die alleen drie-enige God (de Vader, de Zoon en de Heilige Geest) toekomt. Latria sluit ook volledige toewijding aan God in.
# ''Hyperdulia'': eerbetoon die alleen voorbehouden is aan Maria, de 'Moeder van God'. Zij ontvangt een hogere eer dan de andere heiligen, maar ze mag niet worden vereerd zoals God aangebeden worden
# ''Protodulia'': wordt soms onderscheiden als de bijzondere eer die wordt gegeven aan Jozef, de man van Maria en de pleegvader van Jezus. Maria is de eerste, Jozef de tweede onder de heiligen.
# ''Dulia'': eerbetoon aan engelen en heiligen: achting en eerbied voor hun heiligheid en hun voorbeeldig leven.
'''Heiligenverering (Dulia).''' De verering van zogenoemde heiligen neemt in de kerk een prominente plaats in. Het kerkelijk jaar heeft vele dagen gewijd aan de gedachtenis van deze of gene heilige. Zo is er een feestdag van de heilige Franciscus van Sales, die patroonheilige van de katholieke journalistiek is. Tot de heiligen wordt ook ''gebeden''.
== Maria ==
=== Mariaverering ===
▲
Ze wordt onder meer 'de moeder van God', 'moeder van God de Zoon', 'bruid van de Heilige Geest', de 'Koningin van de hemel', 'toevlucht van de zondaars', "Medeverlosseres' en 'moeder van de kerk' genoemd<ref>Zie voor meer Maria-titels, [http://users.telenet.be/katholieke-informatie/Maagd%20Maria.html litaniën van Maria] op Users.telenet.be/katholieke-informatie</ref>. Ze heeft de rol van middelares gekregen, tot wie dikwijls wordt gebeden. Zie verder bij het artikel [[Mariaverering]].
Regel 15 ⟶ 30:
Volgens het leerstuk 'fiat van Maria' gaf Maria ''toestemming'' om zwanger te worden. Deze gedachte is gebaseerd op de woorden uit Lukas 1:38. „Zie, de dienstmaagd des Heeren; mij geschiede naar uw woord.” Maria had ook 'nee, mij geschiede niet naar uw woord' kunnen zeggen.
=== 'De moeder van God' ===
=== 'Altijd maagd gebleven' ===
De woorden van Mattheüs dat Jozef "geen gemeenschap met haar had, totdat zij een Zoon gebaard had" (Matth. 1:25) betekenen, aldus de rooms-katholieke kerk, niet dat Jozef na de bevalling wel gemeenschap met haar heeft gehad. Mattheüs volgde het Hebreeuwse spraakgebruik. Zo wordt in Gen. 8:7 gezegd, dat Noach (Noë) een huif uit de ark liet en dat deze niet terugkeerde tot de wateren opgedroogd waren. Dit wil niet zeggen, dat de duif, toen de wateren opgedroogd waren, wel terugkeerde. In 2 Sam. 6:23 wordt van [[Michal]] (Michol) gezegd, dat haar tot op de dag van haar dood geen zoon werd geboren. Dit wil niet zeggen dat het na haar dood wel gebeurde. Welnu, evenmin volgt uit de mededeling van Mattheus dat Josef Maria niet [[Bekennen (geslachtsgemeenschap)|bekende]] vóór Christus geboorte, dat hij haar daarna wel bekend heeft. Mattheüs stelde zich met zijn evangelie ten doel uit de profeten te bewijzen, dat Jezus de Messias was. Hij toonde aan (in Matth. 1:25) dat de voorzegging van Jesaja 7 in Christus was vervuld, dat Christus n.l. uit een maagd was geboren, daarom deelt hij mee dat vóór Christus’ geboorte geen echtelijke gemeenschap tussen Maria en Josef heeft bestaan. Maar met hetgeen daarna gebeurde laat hij zich op het ogenblik niet in, dat lag buiten zijn bestek, daaromtrent bevestigt noch ontkent hij iets.<ref name=":0" />
Regel 23 ⟶ 40:
In de Bijbel is sprake van Christus’ broeders en zusters. "Is Deze niet de timmerman, de Zoon van Maria en de Broer van Jakobus, Joses, Judas en Simon? En zijn zijn zusters niet hier bij ons? En zij namen aanstoot aan Hem" (Mark. 6:3). Maar dit toont volgens de kerk niet dat hier sprake is van broers en zusters die dezelfde moeder Maria hebben.
== Gebed tot heiligen ==
▲'''Heiligenverering.''' De verering van zogenoemde heiligen neemt in de kerk een prominente plaats in. Het kerkelijk jaar heeft vele dagen gewijd aan de gedachtenis van deze of gene heilige. Zo is er een feestdag van de heilige Franciscus van Sales, die patroonheilige van de katholieke journalistiek is. Tot de heiligen wordt ook ''gebeden''. Op 9 mei 2013 bijvoorbeeld deelde de presentatrice van de roomskatholieke omroep Radio Maria mee dat men negen dagen lang tot "Sint Jozef" (Sint = heilige) had gebeden.
Tot de heiligen wordt ook ''gebeden''. Op 9 mei 2013 bijvoorbeeld deelde de presentatrice van de roomskatholieke omroep Radio Maria mee dat men negen dagen lang tot "Sint Jozef" (Sint = heilige) had gebeden.
== Relikwieën ==
Ook de verering van overblijfselen en voorwerpen (
== Celibaatsplicht ==
Priesters en kloosterlingen moeten ongehuwd blijven (
== Aflaat ==
De kerk scheldt boete voor beleden zonden kwijt door een
== Hemel, dodenrijk ==
Regel 40 ⟶ 61:
In de 'onderwereld' oftewel het 'dodenrijk' is de hel, het vagevuur en vroeger was daarin ook de 'limbus'. In de eigenlijke hel, ook Tartarus of Abyssus genoemd, ondergaan de verdoemden hun straf. In het vagevuur lijden de zielen der vromen voor een tijdlang smarten, om boete voor hun zonden te doen, opdat ze daarna toegang tot de hemel verkrijgen.
Vroeger was in het dodenrijk (Hebr. ''sjeool'') een afdeling genaamd ''limbus patrum'', d.w.z. de verblijfplaats waar de zielen der vromen, die vóór Christus' komst leefden, waren opgenomen en waar ze zonder enige pijn, ondersteund door de zalige hoop op verlossing, een rustig verblijf genoten. Ze waren gelukkig, ook al genoten zij nog het eigenlijk geluk van de hemel niet, dat bestaat in de onmiddellijke aanschouwing van God; ze waren verstoken van de zaligende aanschouwing Gods. Dat Christus na zijn sterven "is nedergedaald ter helle" wil zeggen, dat zijn ziel in deze bewaarplaats der Oudtestamentische gelovigen is afgedaald, om hen uit deze kerker te verlossen en met zich naar de eeuwige zaligheid te voeren.
Volgens de
De verblijfplaats van de heilige zielen wordt, ter onderscheiding van de hel der verdoemden, meermalen „voorgeborgte” (geen "voorburcht”) van het dodenrijk genoemd, in het Latijn ''limbus'', d.i. zoom of rand, om aan te duiden, dat de plaats zo dicht mogelijk de hemel naderde. Het denkbeeld van een voorgeborchte is niet onomstreden in het rooms-katholieke kerk; het is nooit een formeel element van de leer geweest<ref>Zie https://nl.wikipedia.org/wiki/Voorgeborchte</ref>.
|