Verbond: verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k →Bron |
|||
Regel 20:
== Het nieuwe verbond ==
Eenmaal zal God echter met de twaalf stammen een nieuw verbond oprichten (Jer. 31:31-34). Bij dit nieuwe verbond stelt de Here echter geen voorwaarden. <blockquote>''Jer 31:31 Ziet, de dagen komen, spreekt de HEERE, dat Ik met het huis van Israël en met het huis van Juda een nieuw verbond zal maken; Jer 31:32 Niet naar het verbond, dat Ik met hun vaderen gemaakt heb, ten dage als Ik hun hand aangreep, om hen uit Egypteland uit te voeren, welk Mijn verbond zij vernietigd hebben, hoewel Ik hen getrouwd had, spreekt de HEERE; Jer 31:33 Maar dit is het verbond, dat Ik na die dagen met het huis van Israël maken zal, spreekt de HEERE: Ik zal Mijn wet in hun binnenste geven, en zal die in hun hart schrijven; en Ik zal hun tot een God zijn, en zij zullen Mij tot een volk zijn. Jer 31:34 En zij zullen niet meer, een iegelijk zijn naaste, en een iegelijk zijn broeder, leren, zeggende: Kent den HEERE! want zij zullen Mij allen kennen, van hun kleinste af tot hun grootste toe, spreekt de HEERE; want Ik zal hun ongerechtigheid vergeven, en hunner zonden niet meer gedenken. (SV)''</blockquote>
God zal Zijn wetten in de harten schrijven. Dat houdt in, dat het volk Israël als geheel een nieuwe geboorte zal ontvangen. Het stenen hart wordt door de Here weggenomen en een vlezen hart komt ervoor in de plaats (Ezech. 36:26-27). <blockquote>''Eze 36:26 En Ik zal u een nieuw hart geven, en zal een nieuwen geest geven in het binnenste van u; en Ik zal het stenen hart uit uw vlees wegnemen, en zal u een vlesen hart geven. Eze 36:27 En Ik zal Mijn Geest geven in het binnenste van u; en Ik zal maken, dat gij in Mijn inzettingen zult wandelen, en Mijn rechten zult bewaren en doen.'' (SV)</blockquote>Ongetwijfeld heeft de [[Heer Jezus]] hierop gedoeld in het nachtelijk gesprek met [[Nicodemus]] (Joh. 3:10).
In de [[brief aan de Hebreeën]] wordt vermeld, dat het verbond, door de Here met Zijn volk bij de Sinaï gesloten, verouderd is en dat hiervoor in de plaats het nieuwe verbond zal komen (Hebr. 8:8-12; 10:16, 17). Het zijn aanhalingen uit [[Jeremia (Bijbelboek)|Jeremia]].
Regel 32 ⟶ 33:
De gelovigen uit de bedeling der genade vormen met elkaar de '''[[Gemeente|Gemeente van God]]'''. Ze zijn kinderen van God door wedergeboorte en mogen God hun Vader noemen (Rom. 8:14-17). Ja het "Abba, Vader" past in hun mond. Hun verhouding tot God is veel inniger dan in een verbond tot uiting kan komen. Zij zijn in figuurlijke zin besprenkeld met het bloed en geheiligd door het bloed van het nieuwe verbond (Hebr. 10:29, "het bloed van het verbond waardoor hij geheiligd was").
De heiligen in Korinthe waren, zo was gebleken, "een brief van Christus", schrijft Paulus, "geschreven ... met de Geest van de levende God, niet op stenen
|