Ark van Noach

Uit Christipedia

De ark van Noach is de boot die Noach in opdracht van God bouwde om het oordeel van de zondvloed te overleven. Noach en zijn gezin en een door hem meegenomen aantal van elke diersoort op aarde werden gered toen de verdorven wereld werd vernietigd door de zondvloed. Zie Gen. 6:9-8:19.

Het woord 'ark' komt van het Latijnse woord arca = kist, kast (zie artikel Ark). Het is de gebruikelijke naam voor het vaartuig, dat Noach op Gods bevel en beschikking voor zich en zijn familie en de hem door God toegebrachte dieren, als een toevluchtsoord en reddingsvaartuig tegen de naderende zondvloed bouwde.

God gaf nauwkeurige bouwvoorschriften. De ‘kist’ moest worden gemaakt van Goferhout.

Van binnen en van buiten moest het vaartuig met pek, of bitumen, worden bestreken, zodat het waterdicht was.
Ge 6:14 Maak u een ark van goferhout; met kameren zult gij deze ark maken; en gij zult die bepekken van binnen en van buiten met pek. (SV)
Het Hebreeuwse woord vertaald door 'pek' is kopher. Het komt 17x in het Oude Testament voor en betekent meestal verzoening of losgeld. Slechts eenmaal, in Gen. 6:14, wordt het vertaald door 'pek'. Het Hebreeuwse woord komt van het werkwoord kaphar, dat 102x in het Oude Testament voorkomt en meestal 'verzoenen, verzoening doen' betekent. Daarbij wordt iets bedekt. In Gen. 6:14 wordt het vertaald door 'bepekken', bedekken met pek.

De maten van de ark waren: 300 ellen lang, 50 ellen breed en 30 el hoog. Een el is de afstand van de elleboog tot de top van de middelvinger. Nemen we een el als (bij benadering) een halve meter, dan zijn de maten: 150 meter lang, 25 meter breed en 15 meter hoog.

Of zij een ronde dan wel een platte bodem heeft gehad, zegt ons de Heilige Schrift niet.

Er moest een venster in de ark worden gemaakt, Gen 6:16; 8:6. Het Hebreeuwse woord tsohar betekent 'een plaats van licht'. Het venster werd waarschijnlijk geplaatst in het dak. Verder moest er een deur worden gemaakt in de zijkant van de ark, en de boot zou worden verdeeld in drie lagen, Gen. 6:16. Ook werden kamers of 'nesten' gemaakt, Gen 6: 14.

Door het geloof heeft Noach de ark voorbereid, waarmee hij de wereld heeft veroordeeld, en werd zo een erfgenaam van de gerechtigheid die door het geloof is, Hebr. 11: 7. Naar de ark wordt verwezen in 1 Petrus 3: 20, 21.

De ark was niet bestemd voor navigatie temidden van stormen en golven, maar het was precies geschikt voor het doel waarvoor het was gebouwd. Ooit is een schip voor goederenvervoer gemaakt in dezelfde vorm en afmeting, om te worden gebruikt in rustig vaarwater, en dit werd een groot succes[1].

De ark diende als middel om Noach en zijn gezin en allerlei dieren in het leven te behouden. Het was een middel tot levensbehoud in de woelige watermassa die een Godsoordeel was.
Ge 6:19 En gij zult van al wat leeft, van alle vlees, twee van elk, doen in de ark komen, om met u in het leven te behouden: mannetje en wijfje zullen zij zijn; Ge 6:20 Van het gevogelte naar zijn aard, en van het vee naar zijn aard, van al het kruipend gedierte des aardbodems naar zijn aard, twee van elk zullen tot u komen, om [die] in het leven te behouden. (SV)
Voor zijn gezin en de dieren moest Noach voedsel meenemen, 'van al het voedsel dat gegeten wordt', Gen. 6:21. Zeven dagen voordat de zware regen komen, kreeg Noach de opdracht om met zijn gezin in de ark te gaan, Gen. 7:1.
Ge 7:1 Daarna zei de HEERE tegen Noach: Ga in de ark, u en heel uw gezin, want Ik heb gezien dat u te midden van uw tijdgenoten voor Mijn aangezicht rechtvaardig bent. (HSV)
Van al het reine vee en van de vogels moest Noach zeven paartjes nemen, van de niet-reine dieren één paar.
Ge 7:2 U moet voor uzelf van alle reine dieren zeven paar nemen, een mannetje en zijn vrouwtje; maar van de dieren die niet rein zijn, [één] paar, een mannetje en zijn vrouwtje; Ge 7:3 ook van de vogels in de lucht zeven paar, mannelijk en vrouwelijk, om de soort op heel de aarde in leven te houden. (HSV)
Terwijl mensen toekijken komen dieren naar de ark, terwijl mensen toekijken. Fragment uit de oude Amerikaanse film The Bible in Pictures
Waarschijnlijk gingen dieren die in het water kunnen overleven niet mee. Volgens één berekening en schatting gingen er zo'n 7000 diersoorten mee: "Men berekent, dat, wanneer men 9/10 van de ruimte voor het voeder aftrekt, en voor ieder paar dieren in doorsnede 54 kubieke voet rekent, er voor 7000 diersoortenplaats was. Daar wormen, insekten, vissen, amfibieën niet opgenomen waren, en daar alleen maar de geslachten behouden werden, uit welke naar de toen nog sterkere voorttelingskracht der natuur, de soorten zich ontwikkelen konden, was de ark groot genoeg."[2] Veertig dagen lang kletterde de regen op de ark en rezen de wateren van de vloed, waarop de ark dreef, Gen. 7:5v.
Ge 7:17 En de vloed was veertig dagen op de aarde, en het water nam toe en hief de ark omhoog, zodat hij van de aarde oprees. Ge 7:18 En het water steeg en nam sterk toe op de aarde; en de ark dreef op het water. (HSV)
'De Ark op het water'. Schilderij door Jan van 't Hoff (GospelImages.nl).

Na precies 150 dagen (5 maanden van 30 dagen) namen de wateren af, Gen. 8:3, en kwam de ark te rusten op de bergen van Ararat, Gen. 8:4. Veertig dagen nadat de toppen van de berg gezien werden, deed Noach het dakvenster open, Gen. 8:5-6. Hij liet een raaf en later een duif uit. Iets meer dan een jaar na het begin van de vloed mocht Noach met de zijnen en de dieren de ark verlaten, Gen. 8:14v.

Het bepekte vaartuig tot behoudenis van de zielen doet ons denken aan de evangelische waarheid van behoudenis op grond van verzoening, bedekking van onze zonden en zondigheid, door het werk van de Heer Jezus.

Noach werd behouden om zijn rechtvaardigheid: "u heb Ik gezien rechtvaardig voor Mijn aangezicht in dit geslacht", Gen. 7:1. De zijnen werden behouden omdat ze met en van de rechtvaardige Noach waren, 'u en heel uw gezin'. Vgl. de woorden van de Messias, "de Rechtvaardige" (Jes. 53:11): 'Ik en de kinderen die God mij gegeven heeft' (Hebr. 2:13).

Noach en de zijnen gingen in een bepekt vaartuig. Het pek spreekt van bedekking, verzoening. De verzoening en behoudenis zijn het deel van allen die in de Heiland Jezus Christus geloven. Hij is het zoenmiddel of zoenoffer voor onze zonden.
1Jo 2:2 en Hij is het zoenoffer voor onze zonden; en niet voor onze zonden alleen, maar ook voor de hele wereld. (TELOS)
Evangelisten verrichten een dienst van verzoening, zij werken teneinde mensen met God te verzoenen. Ze roepen hen als het ware op, hun toevlucht te nemen in de ark van de behoudenis door Christus.
2Co 5:18 En alles is uit God, die ons met Zichzelf heeft verzoend door Christus en ons de bediening van de verzoening heeft gegeven, (TELOS)
Noachs ark is een afschaduwing van het heil in Christus, in wie wij alleen redding vinden tegen het eeuwige verderf (Hebr. 11: 7, vgl. 1 Petr. 3: 20).

Volgens een in de oude tijd zeer verbreide sage waren de overblijfselen van de ark nog lang in de Armeense bergen te zien. De Joodse historicus Flavius Josephus b. v. verhaalt, dat men in zijn tijd nog overblijfselen toonde en zich van het in stof veranderde hars als van een zegenrijk geneesmiddel bediende.

De Nederlander Johan Huibers bouwde met een evangelisatorisch oogmerk twee replica's van Noachs ark. Ze werden in 2007 resp. 2012 opengesteld voor het publiek. Zie Ark van Noach (replica).

Dinosaurussen in de ark?

In de ark van Noach gingen vermoedelijk ook Dinosaurussen mee. Veel mensen echter denken dat dinosauriërs te groot waren voor de ark. De grootste dinosaurus die zover bekend (anno 2010) ooit geleefd heeft en waarvan wij de fossiele overblijfselen hebben is de Argentinosaurus. Hij was 40 meter lang. De ark was ongeveer 15 meter hoog, 30 meter breed, 150 meter lang. Maar er waren ook kleine dinosaurussen, die zo groot waren als een kraai. Dinosaurussen waren niet allemaal kolossale dieren. De meeste dino’s waren kleiner dan een stier; hun gemiddelde grootte was ongeveer die van een schaap of een kleine pony. Ook de jongen van de grootste dinosaurussen zijn klein. Het grootste fossiele dino-ei dat ooit (stand 2010) is gevonden heeft de grootte van een voetbal. De dieren in de ark moesten de aarde herbevolken. Wellicht leidde God jonge dieren naar de ark.

Allerlei soorten landdieren kwamen aan boord van de ark. Er zijn thans (anno 2010) ongeveer 1100 verschillende soorten dinosaurussen bekend[3]. Kwamen die allemaal in de ark? Nee, waarschijnlijk niet. Neem de kat-achtigen. Er zijn vele katachtigen: poema, panter, siamese kat, etc. Vermoedelijk gingen een of enkele paren katachtigen mee. Hieruit zijn de diverse kat-variëteiten voortgekomen. Vermoedelijk gingen enkele hoofdsoorten dinosaurussen mee, waaruit later misschien weer ondersoorten zijn voortgekomen. Hoe het ook zij, er is geen goede reden om dino's uit te sluiten van de diersoorten die in de ark gingen.

Zie ook

Ark van Noach (replica)

Bronnen

A New and Concise Bible Dictionary (George Morris, 1899), s.v. Ark of Noah. Van dit lemma is in 2010 tekst vertaald en verwerkt.

H. Zeller, Bijbelsch Woordenboek voor het Christelijke volk. Eerste deel A - J. ('s Gravenhage: M.J. Visser, 1867) s.v. Ark. Hieruit is op 20 aug. 2014 tekst genomen en verwerkt.

Voetnoten

  1. Aldus A New and Concise Bible Dictionary (George Morris, 1899), s.v. Ark of Noah
  2. H. Zeller, Bijbelsch Woordenboek voor het Christelijke volk. Eerste deel A - J. ('s Gravenhage: M.J. Visser, 1867) s.v. Ark. 
  3. Bron: http://www.cijfers.net/sauriers.html