Mattheüs 10
Bij een of meer verzen van de volgende hoofdstukken van het boek Mattheüs 10 is commentaar geplaatst:
Matth. 10:39
Mt 10:39 Wie zijn ziel vindt, zal hem verliezen; en wie zijn ziel verliest ter wille van Mij, zal hem vinden.
Ziel. Grieks: psuchè. Sommige vertalen "leven". "Ziel" lijkt een betere keus, gezien het voorgaande:
Mt 10:28 En weest niet bevreesd voor hen, die wel het lichaam doden, maar de ziel (Gr. psuche) niet kunnen doden; weest veeleer bevreesd voor Hem, die beide, ziel (Gr. psuche) en lichaam, kan verderven in de hel. (NBG51)
Wel houdt "ziel" verband met leven: zijn ziel verliezen, is sterven; zijn ziel vinden, is tot ontplooiing en welvaart komen. Vergelijk:
Lu 12:19 en ik zal tot mijn ziel zeggen: Ziel, je hebt vele goederen liggen voor vele jaren; rust, eet, drink, wees vrolijk. (TELOS)
Zijn ziel verliezen is zichzelf verloochenen, desnoods tot in de dood, ter wille van Christus.